85
het juist ingevoerde regeeringsreglement bij besluit van
de Staten van Holland werd vernietigd en de oude
toestand weder werd hersteld.
In Februari 1788 kwamen Commissarissen van
Zijne Hoogheid in Haarlem om de Stadsregeering
om te zetten. De Patriotten verzochten hen de vroed
schap onveranderd te laten en de Prinsgezinden
vroeger om opheffing van eenige bezwaren betreffende
de regeering, de schutterij, de gilden en het beheer
der Hervormde Kerk. De commissarissen sloegen geen
acht op al die verzoeken, hetgeen vooral den Prins
gezinden zeer onaangenaam aandeedimmers zij hadden
gemeend nu eens in ieder opzicht hun zin te zullen
krijgen. De algemeene ontevredenheid nam nog toe,
toen tegen alle stedelijke privilegiën in, niet minder
dan elf buiten de stad woonachtige Heeren tot lid
der regeering werden benoemd.
De juist zoo goed ingerichte en uitgeruste schutterij
werd ontbonden en weder op den voet van het jaar
1752 hersteld, d. w. z. tot een nutteloos en onbruikbaar
element verlaagd.
Hierop volgde het doen afleggen door de vroedschap
van een eed op de Constitutie, het afzetten van den
Kerkeraad der Hervormde Kerk en een aantal andere
maatregelen van kleiner belang. Ten slotte werd er
op den geboortedag van den Prins op 8 Maart een
illuminatie gelast.
Niemand was tevreden gesteld en het misnoegen
kwam tot uiting, toen de Prins vergezeld van de Prinses
en hunne beide kinderen op 31 Augustus een bezoek
aan Haarlem bracht. Ofschoon de Prins zeer beleefd
en vriendelijk groette, stonden velen bij zijn voorbij
rijden hem met den hoed op het hoofd aan te kijken
en verscheidene notabelen hadden de luiken voor de