ook buitengewoon, dat de vergadering der Staten van Holland op het Prinsenhof dit jaar juist op 5 Juli geopend zou worden. „De toebereiding der Olympische spelen kon, voor duizenden jaren, niet zooveel aanschouwers gelokt hebben in het vaderland van Homerus en Anakreon dan nu de Tentoonstelling van Nationale Nijverheid in Nederland", vermeldt de ,,Haarlemsche Spectator" (I, blz. 3), een periodiekje, dat gedurende de tentoon stelling uitkwam. Zeker is het, dat de toevloed van vreemdelingen heel groot bleek te zijn, want: Zelfs uren ver van Haarlems wallen Moest menig vreemdling slapen, stallen, „En komen eiken dag weêrom; „Want het krioelde, binnen, buiten, „Van wagens, koetsen, snorren, schuiten, „Voetgangers, chaisen, brom bij brom". (Haarlemsch Rijmkronijkje). Den 4en Juli, den dag van de plechtige opening der tentoonstellingen werd met klokkenspel ingeluid, en vlaggen en versieringen, alsmede tenten en kramen op verschillende plaatsen in de stad, op het Haze- patersveld (thans Florapark) en in Den Hout gaven het geheel een feestelijk aanzien. Om 11 uur vertrok de optocht van autoriteiten en commissiën van het Gouvernementsgebouw in de Jansstraat langs Nieuwe Gracht en Zandersbrug naar het tentoonstellings gebouw op den Koudenhorn, begeleid door de muziek der militaire corpsen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1939 | | pagina 69