- 86 -
vooral duitsche tuinbouwpers, waarvan hij een ge
regeld medewerker was.
De stof, die hij behandelde, was zeer veelzijdig. Hij
gaf zoowel botanische diagnoses van, als populaire
mededeelingen over, nieuwe planten; hij gaf inlichtin
gen over de ziekten der Hyacinten, en tal van wenken
voor de behandeling van bolgewassen en andere plan
ten. Het merkwaardigste was echter dat hij, in een tijd,
toen er van organisaties van belanghebbenden nog geen
sprake was, opkwam voor de algemeene vakbelangen,
zonder daartoe eenige opdracht te hebben ontvangen,
maar uit eigen aandrang, om niet alleen zich zelf, maar
ook zijn vakgenooten te verdedigen tegen ongerecht
vaardigde eischen of ongegronde klachten van buiten-
landsche koopers van bloembollen. Dit was hem beter
toevertrouwd dan wie ook, want Schneevoogt was een
man van gezag en van onkreukbare reputatie. De
Redacteur van het Allgemeines Teutsches Garten-
magazin, waaraan hij geregeld medewerkte, getuigde in
1806 van hem, dat hij in heel Duitschland als een
„rechtlicher, solider und aufgeklarter Mann und grosser
Blumist" bekend was, en achtte het zijn plicht hem bij
allen, die hem nog niet mochten kennen, warm aan te
bevelen, „eben dieser rechtlichen Denkungs- und soliden
Handlungs-Artwegen,welcheichschonofterprobthabe".
Een sprekend blijk van erkenning dezer reputatie gaf
ook de Verein zur Beförderung des Gartenbaues in den
Königlich-Preussischen Staaten, door hem onder zijn
eereleden op te nemen.
Dat hij in Engeland niet minder in aanzien stond,
moge blijken uit het hem door de Royal Horticultural
Society verleende correspondeerend lidmaatschap. Hij
deelde deze eer in zijn tijd met zijn vakgenoot A. G.
van Eeden.