- 96 -
die jaren de Europeesche hoven en de aanzienlijke
bloemenliefhebbers in den vreemde tegen hooge prijzen
van bloembollen voorzien. Zij genoten steeds toe-
nemenden voorspoed en G. Voorhelm Schneevoogt
telde mede onder de notabelen zijner stad. In 1830
werd hij door den koning benoemd tot Voorzitter van
de Rechtbank van Koophandel te Haarlem. Sedert
1806 tot aan zijn dood was hij lid van den Kerkeraad
der Vereenigde Doopsgezinde Gemeente en van 1823
tot 1837 regent van het Weeshuis der Doopsgezinden,
waar een regentenstuk van J. A. Kruseman zijn trekken
voor het nageslacht heeft bewaard.
Hij bewoonde een huis op zijn kweekerij met ,,6 mo
dern behangen beneden- en vijf dito bovenkamers, alle
groote appartementen, met zeer ruime kookkeuken,
mangelkamer, kleerzolder, dienstbodenkamer, kelder
en verdere commoditeiten," x) hij verzamelde kunst en
bezat een uitgebreide bibliotheek.
Deze levensstandaard stelde hem in staat gulle gast
vrijheid te verleenen. Wegens zijn algemeene bekend
heid in alle hoeken van Europa, bezochten velen, die
met zijn firma in relatie stonden, zoowel als anderen,
die geen belangstelling voor bloembollen hadden, maar
hem waren aanbevolen, hem op hun reizen naar of
door Holland. Zijn huis stond voor hen open, en de
bedankbrieven vloeien steeds over van complimenteuse
uitingen over de ontvangst en verzoeken zeer nauw
keurig groeten aan de overige aanwezige familieleden,
die blijkbaar het hunne bijbrachten ter veraangena
ming van het verblijf te Haarlem. Zoo hield het gezin
niet alleen de eer op van het beroep van den heer des
huizes, maar ook van de stad onzer inwoning.
1Aldus omschreven in de veilingsadvertentie in de Opr. Haarlemsche
Courant.