- 44 -
van den boedel van de kinderen Ormea. Op .dezen, de hou
ders van de hypotheek van 1666, is nl. ondertusschen het
huis overgegaan. In de schepenresolutiën van 1682 komt op
24 April de volgende resolutie voor:
„Schepenen, gesien t' vonnisse by de hrn. Weesmrn. deser
„stadt als oppervoogden over de kinderen van Mr. Schipio
„Ormea, die erffgenaam is geweest van de wed. van Corn.
„Ormea, syne moeder, voor haar Ed. op den 12 Feb.
„deses jaers 1682 ten laste van Volckert van Outshoorn ge-
„obtineert, hebben verstaen en goetgevonden, dat het hypo-
„theecq by t' selve verclaert executabel in cas van geen vol-
„doeninge ofte contentement publicquelijck by executie van
„justitie sal worden vercocht en gediscusseert op Woensdagh
„den comende in drie weecken, die weesen sal den 3 Juni
„aencomende in profyte etc., mits doende als naer style".
Het hier vermelde vonnis van Schepenen van 12 Februari
1682 is niet na te slaan, daar geen schepenvonnissen over die
jaren meer aanwezig zijn; evenmin bestaat nog een executie-
register van 1682. Blijkens de acte in het transportregister van
3 Juni 1682 verkoopen dan echter de Weesmeesteren, als
voogden over de kinderen van Scipio Ormea en triomfanten
door vonnis van Schepenen over Volkert van Oudshoorn,
in het openbaar bij executie aan de kinderen van Scipio
Ormea een huis en erf op den hoek van de Smedestraat op
het Marktveld, genaamd „het Oude Raadhuis", wordende
bewoond in vier partijen, voor 3300,-. Het verloop van de
zaak kunnen wij ons aldus voorstellen: Scipio Ormea, en na
zijn dood in 1679 zijn kinderen zijn eigenaar geworden van
de hypotheek op het huis der De Jonghs op den hoek van de
Smedestraat, welke hun grootvader, Cornelis Ormea, in
1666 had verschaft aan de gezusters DeJongh. De erfgenaam
der zusters was blijkbaar Volkert van Oudshoorn, waaruit
we meteen mogen concludeeren, dat Geertuid, de weduwe
van Gijsbert de Vlamingh van Oudshoorn, de langst
levende is geweest en, daar zij geen kinderen naliet, haar
nalatenschap vervallen is aan een neef van haar echtgenoot,
Volkert den zoon van zijn broer Arnold en Barbara Pars.
Een testament of boedelscheiding van Geertuid de Jongh
werd tot dusver nog niet gevonden, maar vermoedelijk is zij
de Geertuy deJongh, voor wier erfenis op 26 October 1679
207-10-0 werd betaald volgens het Journaal van de ont-
