JOHAN DXEDERIK RUTGERS VAN DER LOEFF 22 Maart 1874 - 30 April 1945 Met diepe ontroering zullen allen, die hem beter gekend hebben, de tijding hebben vernomen van het overlijden op 30 April 1945 van Jan van der Loeff, dien beminnelijken, bescheiden man met zijn fijnen geest, door wiens kostelijke humor, snedige opmerkingen en woordspelingen een samen zijn steeds een verkwikking werd. In Haarlem was hij een bekende persoonlijkheid. Hoewel geen Haarlemmer van ge boorte, ja zelfs gedurende een groot gedeelte van zijn leven niet te Haarlem woonachtig, was hij toch geheel op Haarlem georiënteerd en heeft hij in het cultureele leven van die stad een belangrijk aandeel gehad. Geboren op 22 Maart 1874 te 's-Heerenberg, waar zijn vader, Ds Abraham Rutgers van der Loeff, predikant was, heeft hij achtereenvolgens gewoond te Haastrecht, Zalt- Bommel en 's-Hertogenbosch, maar na het overlijden van zijn vader vestigde zijne moeder zich met haar gezin te Leiden en bezocht hij het gymnasium aldaar, waarvan hij in 1893 eindexamen deed. Aan de Universiteit te Leiden liet hij zich inschrijven als student in de Nieuwe Letteren. Onder zijne medestudenten genoot hij een groote populariteit en, hoewel hij allerminst de neiging had zich op den voorgrond te plaatsen, sprak het als het ware van zelf, dat bij de samenstelling van het Collegium van zijn jaar, hij daarin werd opgenomen, van welk Collegium hij na afloop van zijne Bestuursfunctie tot Eerelid werd be noemd. Na volbracht doctoraalexamen heeft hij, daar zijn voorliefde hem dreef in de richting van het Bibliotheekwezen, als volon tair plaatsing gezocht en verkregen bij de Rijksuniversiteits bibliotheek te Leiden, waar hij onder leiding van Prof. Scato de Vries en zijn vriend Dr P. C. Molhuysen, die in dien tijd aan deze bibliotheek verbonden was, eenigen tijd werkzaam is geweest, totdat hij 1 December 1902 werd benoemd tot Bi bliothecaris van de Stadsbibliotheek te Haarlem. Aan dit ambt heeft hij gedurende eene lange reeks van jaren zijne

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1944 | | pagina 103