- 97 -
van Z.K. Maj. van den 21 November 1817 no. 138, strekkende,
om het gebruik van dezen dampketel, ter verkrijging van min
kostbare en versterkende voedsels voor behoeftigen, door het
geheele Rijk aan te moedigen' ondernamen zij een proef
neming met den pot, 'maar zagen weldra, dat men met dezen
Papiniaanschen Pot zeer omzigtig moest te werke gaan, daar
de geringste overmaat van uitgezetten damp denzelven ligte-
lijk kan doen springen, en alsdan de grootste onheilen te weeg
brengen; zoodat wij overtuigd werden, dat deze pot geenszins
een werktuig was of konde worden, geschikt om door on
kundigen ter bereiding van min kostbaar voedsel, gebezigd te
worden.' Daarna had men ook de soep bereid op Haarlemsche
wijze; maar bevonden 'dat dezelve, verre van aan ons oog
merk te voldoen om n.l. eene voedzame spijs te erlangen, niet
te vergelijken was met de kracht en voedzaamheid van de soep
welke wij gewoon zijn uittedeelen; bestaande onze: voor 1000
portien, ieder van ruim <z\ pond, uit
100 ponden gehakt rundvleesch,
220 beste gepelde garst,
I5o witte kool, of, bij gebrek aan dezelve, 200
ponden gele erwten,
4 zakken geschelde aardappelen,
90 ponden selderij,
30 zout,
20 lood peper.
Waarbij wij gevoegd hebben 60 ponden gelée van runder
beenderen en water zoveel genoeg is tot 1000 portien.
Na welke vergelijking van de Haarlemsche soep (bestaande
uit, zoals in hetzelfde artikel vermeld: voor 1000 portien ieder
van ruim o.\ pond: 250 ponden beste garsten gort, 150 ponden
gelée van runderbeenderen, 20 ponden zout en water zoveel
genoeg is voor 1000 portien), die ons niet krachtig genoeg
voorkwam, om verarmde uitgemergelde ligchamen te voeden,
en de onze, waarvan ééne portie genoeg voedsel voor eene
verhongerde maag oplevert, wij veilig hebben durven be
sluiten, dat de wijze, welke wij, sedert zeventien jaren, met
zulk eene goede uitkomst volgden, tot ons oogmerk de doel
matigste zij; te meer daar zij zoo onkostbaar is. Immers
komen de 36 portien, waaruit eene deelneming (voor eén
persoon gedurende den winter) bestaat, doorgaans niet hooger
dan op ruim drie guldens, en bedraagt iedere portie dus nog