om de geallieerden te helpen tegen de Duitschers en eventueel
het gezag moest handhaven. In alle Nederlandsche gemeenten
waren formaties samengesteld, onder den naam 'Binnen -
landsche Strijdkrachten'. In het verborgen was er hard gewerkt.
De leden moesten b.v. voorzien zijn van wapens en ook was het
noodzakelijk, dat zij er mee konden omgaan. Zondag waren
de Haarlemsche leden van de Binnenlandsche Strijdkrachten
gemobiliseerd, om gebouwen in te richten, welke moesten
dienst doen, arrestanten voorloopig onderdak te verschaffen.
In den loop van Maandag 7 Mei werd in de stad een procla
matie opgehangen, waaruit blijkt, hoe de situatie was. De
proclamatie luidde:
'Het commando der Binnenlandsche Strijdkrachten in
gewest 12 (omvattende de gemeenten Haarlem, Velsen,
Bloemendaal, Zandvoort, Heemstede, Bennebroek, Hillegom,
Lisse, Sassenheim, Noordwijkerhout, Alkemade, Leimuiden,
Aalsmeer, Haarlemmermeer en Haarlemmerliede en Spaarn-
woude) maakt bekend, dat in een bespreking met d.en be
velvoerenden Duitschen generaal in genoemd gewest is vast
gesteld en overeengekomen:
ie. Tot het moment, dat de bezetting wordt overgenomen
door de Ganadeesche troepen, blijft de Duitsche weermacht
aansprakelijk voor de handhaving van orde en rust.
2e. Het commando der Binnenlandsche Strijdkrachten acht
zich echter desondanks geroepen, om te doen wat in zijn ver
mogen is, om te verzekeren, dat de orde onder Nederlanders
gehandhaafd wordt door verantwoordelijke Nederlandsche
organen.
3e. Diensvolgens belasten de Binnenlandsche Strijdkrachten
zich met de ordehandhaving, zulks met instemming van ge
noemden bevelvoerenden Generaal.
4e. Tot ordehandhaving behoort mede het tegengaan van
alle aggressief of beschimpend optreden tegen de Duitsche
weermacht, hare leden, eigendommen en objecten, waarvoor
zij aansprakelijk is.
5e. Tot op het moment van overname der bezetting door
de Canadeesche troepen moet de werkzaamheid der Binnen
landsche Strijdkrachten zich beperken tot ordehandhaving.
Het Gewestelijk Commando voornoemd verheugt zich er
over, dat de Binnenlandsche Strijdkrachten er aan kunnen
medewerken te voorkomen, dat onverantwoordelijke ele-
- ii3 -