- 7 -
groote angst en onzekerheid werd afgewenteld, al blijkt thans
eerst in welk ontredderden toestand ook dit rijksgebied zich
bevindt.
Een derde hoogtepunt was voor ons het 700-jarig bestaan
van Haarlem als stad, dat op ingetogen wijze met een officieele
bijeenkomst, een tooneelvoorstelling en een concert werd ge
vierd. Uw secretaris had zitting in het comité, dat door B. en
W. van Haarlem met de voorbereiding was belast. Met
Mejuffrouw Kurtz en de Heeren Enschedc en Gratama
vormde hij tevens de Commissie voor de Historische Tentoon
stelling, welke in het Frans Hals Museum is gehouden. Bij de
plechtige opening hiervan was een vertegenwoordiger van
H.M. de Koningin aanwezig, evenals de Minister van Onder
wijs, Kunsten en Wetenschappen met zijn Secretaris-Gene
raal, de Commissaris der Koningin in de Provincie Noord
holland, de Burgemeester van onze stad met alle Wet
houders en verder vele militaire en burgerlijke autoriteiten.
Minister Van der Leeuw sprak de openingsrede uit.
Keeren wij thans tot onzen eigen kring terug. Ook daar
bleven wij niet voor leed gespaard. Twee onzer bestuursleden
moesten wij aan den dood afstaan: Op 3° April overleed de
heer J. D. Rutgers van der Loeff te Nunspeet, waarheen hij
in de bezettingsjaren moest evacueeren. Van 1904 afhad hij
zitting in het bestuur, waarvan van 1907 tot einde 1942 als
penningmeester. Een-en-veertig jaren lang diende hij onze
Vereeniging in alle stilte, maar met een trouw en een toe-
wijding als slechts ingewijden weten. Hij zag het ledental
stijgen van enkele honderden tot ruim duizend. Wij prijzen
ons gelukkig hem in ons midden te hebben gehad en zullen zijn
hoffelijke en beminnelijke persoonlijkheid noode missen.
Mevrouw J. M. Sterck-Proot werd op 25 Mei tot hooger
leven geroepen. Hoewel zij slechts een dertiental jaren lid van
ons bestuur uitmaakte, had zij zich daarin toch ook een plaats
veroverd, niet alleen door haar ijver om anderen de liefde tot
hun stad bij te brengen, waartoe zij vele lezingen hield en
onderscheidene schrifturen het licht deed zien, maar ook door
haar persoon, die wij zoo zeer op prijs wisten te stellen. Op 17
Juni ging ons oud-bestuurslid de heer H. E. Knappert van ons
heen.Hij diende onze Vereeniging van 1918 tot 1938, nadat hij
in 1936 zijn ambt als gemeente-archivaris had neergelegd en
zich te Bussum had gevestigd. Zijn liefde voor onze stad bleef