- 33 - aanspraak kon maken op de daar vacante plaats. Den 27sten September deed hij hier intrede. Ook hier ter stede kon hij niet onopgemerkt blijven. Een goede maand na zijne komst sprak hij ter gelegenheid van den St. Maartens-vredesgang in den ouden St. Bavo de jeugd op de hem eigen innerlijk bewogen wijze toe. Gaandeweg hebben velen - Friezen en niet-Friezen - den weg gevonden naar de kerk in de Groote Houtstraat om te luisteren naar zijn vurig godsdienstig getuigenis, waar - naar de opmerking van één zijner vrienden - de vlam kon uitslaan. Slechts acht jaren heeft zijne werkzaamheid in onze stad geduurd en vier daarvan zijn oorlogsjaren geweest, die hem, den beweeglijke, binnen enge perken terugdrongen en een zwaren druk legden op zijn sensitieve persoonlijkheid. De kracht van het lichaam bleek niet evenredig aan de vurigheid van den geest en den ijver des gemoeds. Het eerst zoo sterke geluid werd gaandeweg zwakker en zijn wilskracht nam het tevergeefs op tegen de aftakeling van het lichaam. Er begon een lijdenstijd voor hem en nauwelijks 50 jaar oud, is hij nog onverwacht de groote stilte ingegaan. Jan IJntema is niet in Haarlemschen bodem begraven. Oorlogsomstandigheden brachten het mede, dat de man, die zoovele geestelijke banden had aangeknoopt en zich in zijn beste dagen in het volle leven had bewogen, in stillen eenvoud ter ruste is gelegd nabij het landelijke Surhuisterveen, waar hij zijn predikantsloopbaan was begonnen. Maar het beeld blijft ons van den ongekunstelden mensch, de herinnering aan de warme en oprechte belangstelling, die van hem uitging in den dagelijkschen omgang, aan den ongeveinsden gods- dienstigen grondtoon van zijn leven, zijn woord en zijn werk. Het is alles tezamen een rijke erfenis voor ieder, die hem heeft gekend. J. G. Frerichs

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1944 | | pagina 55