JOHANNES HENDRICUS
DE BOIS
13 Mei 1878 - 4 Juni 1946
J. H. de Bois werd op 13 Mei 1878 te Amsterdam geboren
op de Kromme Binnenkant in het, naast het tegenwoordige
Scheepvaarthuis gelegen pand, waar hij ook zijn jeugd door
bracht.
Hier vond zijn nooit gedoofde liefde voor Amsterdam, met
zijn grachten en schepen en pakhuizen, haar oorsprong.
Hij bezocht de lagere school op de Prins Hendrikkade aan
het Oosterdok, Zeemanshoop geheeten, en daarna het gym
nasium aan de Weteringschans, dat thans den naam van
Barlaeus draagt.
Zijn gevoel voor letteren en schoone kunsten was hem aan
geboren en zijn leermeesters in het Nederlandsch, de latere
Professoren G. Kalff en F.A. Stoett, hebben grooten invloed
op zijn litteraire en critische ontwikkeling gehad.
De alkeer van wiskunde en - meer algemeen - van het
'school-vossen' deden hem, toen hij de hoogste klasse bereikt
had, het gymnasium verlaten. De door hem genoten klassieke
opleiding zou echter onmiskenbaar haar stempel op zijn
verder leven drukken.
Terstond na zijn vertrek van het gymnasium, werd hij als
aankomend journalist-reporter verbonden aan de Hilver-
sumsche Courant, waar hij de onontbeerlijke grondslagen
legde voor zijn latere journalistieke werkzaamheid.
Via een sollicitatie naar een reeds bezette plaats van aan
komend verslaggever bij het Algemeen Handelsblad, trad hij
door een toeval op 21 Februari 1898 als jongste assistent in
dienst bij den, toen voornaamsten en meest geachten kunst
handel van Amsterdam, de firma Van Wisselingh en Go
gevestigd op het Spui hoek Handboogstraat.
Daar deed hij onder de leiding van den begaafden eigenaar
Klaas Groesbeek en diens niet minder kundigen vertegen
woordiger P. C. Eilers, de ervaring en de kennis op, die het
fundament werden van zijn alzijdig vakmanschap in den
kunsthandel. Na eenige jaren in Amsterdam gewerkt te
hebben, ging hij in 1901 over naar de firma Van Wisselingh