toenmaligen 'Volksbond' ontstonden onder haar leiding de
z.g. Huisvlijtclubjes. De kinderen, bijna 400, maakten er,
onder gesalarieerde en veelal ongesalarieerde hulpkrachten,
allerlei gebruiksvoorwerpen die in 1921 in de Stadsdoelen
tentoongesteld werden. Gebrek aan leiders, aan lokalen, aan
geld waren oorzaak dat de Huisvlijtclubjes langzamerhand
ingekrompen en eindelijk geheel opgeheven moesten worden.
In 1920 werd Mejuffrouw Berdenis van Berlekom, die
reeds eenige jaren in de Commissie van Toezicht op het Lager
Onderwijs zitting had voor de Handwerken, secretaresse van
die commissie. Zij is dit gebleven tot 1 April 1931, toen zij,
wegens het bereiken van den 65-jarigen leeftijd, zich terug
trok uit de commissie evenals zij zich toen niet meer can-
didaat wilde laten stellen voor den Gemeenteraad.
In de Commissie van Toezicht heeft zij een vooraanstaande
plaats ingenomen. Haar jaarverslagen muntten uit door nauw
keurigheid en volledigheid. Zij was het die de commissie ver
tegenwoordigde bij alle officieele gelegenheden: opening van
nieuwe scholen, prijsuitdeelingen, jubilea enz. Bij haar af
scheid op 28 Maart 1931 kwam de waardeering voor de
Secretaresse op treffende wijze tot uiting. De toenmalige
Voorzitter, de Heer Vincent Loosjes, de Wethouder van On
derwijs, de Heer W. Roodenburg, de Inspecteur van het
L.O., de Heer G. W. Weustink, en verschillende leden der
Commissie prezen als om strijd het werk dat zij had verricht.
In 1932 werd zij nog herkozen als bestuurslid van de Nuts-
kweekschool voor Onderwijzeressen te Haarlem.
In 1923 was zij tot lid van den Gemeenteraad gekozen,
waar zij, naast Mevrouw WiLLEKES-MACDONALD, een groote
steun was voor de fractie van den Vrijheidsbond. Zij be
pleitte vooral de belangen van het onderwijs zoowel van het
Openbaar als van het Bijzonder. Zij stelde zich nooit op den
voorgrond, maar voelde zij zich geroepen om te spreken, dan
was, hetgeen zij zeide, altijd goed overdacht, uitstekend van
vorm en beschaafd. Zij was gedelegeerde voor de Gemeente
in het Bestuur der Haarlemsche Huishoud- en Industrieschool.
Naast de belangen van het Onderwijs behartigde zij speciale
vrouwenbelangen. Zoo heeft zij vurig gestreden voor de op
richting van een bureau voor kinder- en zedenpolitie, onder
leiding van een Inspectrice. Met taaie volharding heeft zij
driejaar achtereen bij de begrootingsdebatten voor haar ideaal
- 3i