- 56 - laantje aan den openbaren dienst onttrokken en bij Akeren- dam gevoegd, met uitzondering van het gedeelte tusschen Zeestraat en Meester van Lingenlaan.1 Zuiderwijck wordt in de aangehaalde akte niet afzonderlijk meer genoemd. Het koetshuis bood ruimte voor 21 paarden.2 De nieuwe eigenaar is slechts kort in het genot van Akeren- dam geweest, want reeds een jaar later is hij overleden. Sautijn's weduwe, Susanna Jagoba van Harencarspel, heeft het goed in 1779 verkocht. Toen begon de periode, waarin Akerendam zooals zoovele landgoederen telkens van eigenaar verwisseld heeft, doch gelukkig niet aan algeheele verkaveling of slooping is ten offer gevallen.3 Reeds na één jaar deed de kooper Paul Christiaan Fuchs, die intusschen ook Scheybeeck had verkregen, de hofstede weer van de hand. De nieuwe eigenaar was Wolfert Beeldsnijder, die haar reeds in 1786 overdeed aan Jan Och te Amsterdam. Deze behield het slechts driejaren en heeft het in 1789 overgedragen aan Mr Gerrit Hooft. Zulk een gang van zaken was een teeken des tijds. Het is ook opvallend hoe sterk bij iedere overdracht de koopprijs weder was gedaald. Op het einde van de 18de eeuw was men den aanblik van de barokparken moede. Er kwam een sterke reactie op het gekunstelde en de gedwongenheid van deze mode in den tuinaanleg, een tegenzin tegen geschoren hagen, broderies en tuinbeelden. De nieuwe smaak was gericht op den Engel- schen parkstijl, een terugkeer naar de natuur. Op bonte groepen van boomen en heesters, gemaakt slingerende paden en kronkelende vijvers werden de zinnen gezet. Ook die van Mr Gerrit Hooft. In 1794 was het park van Akerendam in dezen trant gewijzigd. De Kennemer Oudheidkamer te Beverwijk bewaart een grooten gekleurden plattegrond van het goed met zijn nieuwen aanleg, welke in genoemd jaar door H. Stoopendaal is geteekend. Hooft liet in het jaar 1800 de geheele bezitting bij publieke veiling verkoopen. Het complex was toen bijna 13 morgen groot en omvatte, behalve de eigenlijke hofstede Akerendam, (1) Oud-Archief Beverwijk, notulen 1817-1825, f. 54-56. (2) Rijksarchief Haarlem, oud-rechterl. archieven Beverwijk, no. 1224, f- 393) 396; no. 1226, fol. 186-193. (3) Rijksarchief Haarlem, oud-rechterlijke archieven Beverwijk, nos. 1228, f. 224, 284, 1229, f. 37, 178; 1230, f. 94, 101.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1946 | | pagina 88