- 7i - het zorgvuldig en maakte daarvan werktekeningen, maar er waren vele gapingen, want kennis van oude schepen is een vak op zichzelf. Gelukkig zijn de beste kenners vanNederland, de directeur van het Historisch Scheepvaartmuseum te Am sterdam, de Heer W. Voorbeytel Cannenburg, en de auteur van de Historische Scheepvaartatlas, berustend te Delft, Ir Emile van Konijnenburg, bereid geweest hun zorgen hieraan te wijden. Zij bezichtigden van tijd tot tijd de herstelwerk zaamheden en controleerden de tekeningen. Vooral de vlag gen vroegen veel aandacht. Van enkele waren er nog resten, de meeste waren totaal vergaan. Hier was het schilderij van grote betekenis, maar waar dat ons in de steek liet, was het oordeel van den Heer Cannenburg doorslaggevend. Ons oudste vlaggenboek is niet ouder dan het midden van de i Je eeuw. Die vlaggen, zoals ze nu gereconstrueerd zijn, maken het doek en daarmede het verhaal bij uitstek levendig. Links ligt de Turkse vloot, tussen de torens van rechts af vaart de vloot van de kruisvaarders naar binnen, vooraan het Haarlemse zaagschip. Van de masten waaien de vlag van Holland met de klimmende leeuw en die van Haarlem, de oude, met de dorre boom, op zijde ziet men de schilden der vijf provinciën. Daar achter volgen de Siciliaan met de vlag van Frederik II, de ongekroonde dubbele adelaar op een geel veld, dan een Spaans schip en een Frans fregat. Het model van de schepen is dat van Spaanse galjoenen uit de tweede helft van de 16e eeuw. De ontwerper had blijkbaar opdracht historische schepen af te beelden; hij kon evenwel niet verder terugdenken. Langzaam en niet zonder grote moeilijkheden ook van de zijde van de N.S.B., vorderde de restauratie. De Rijkscom missie voor de Monumentenzorg had geoordeeld, dat de oor spronkelijke geweven lijst moest worden hersteld. Aan de zij kanten werd de ketting aangeknoopt en het patroon met de naald voltooid. Daar was voor de onder- en bovenkant geen denken aan. Het gedeelte van de onderkant, dat nog over was, was dermate aan flarden, dat aan herstel eigenlijk niet te den ken viel en twintig meter met de naald doen werken was vol komen onbetaalbaar. Gelukkig had de firma Pander te 's Gra- venhage een jongeman in dienst, die tapijtmaken had geleerd op de oude wijze met de klos. Hij had meegewerkt aan de ver vaardiging van de tapisserieën voor het groot-auditorium van de Rijks Universiteit te Utrecht naar ontwerpen van Willem

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1947 | | pagina 111