- 75
voudig reddiet verbonden aan het bekende kartuizerklooster
Monnikhuizen bij Arnhem. Ten gevolge daarvan is zijn jongere
broeder Jan toen heer van Brederode geworden.
Men kon in de kartuizerkloosters tweeërlei soorten reddieten
aantreffen: laici redditi of lekenreddieten en clerici redditi,
geestelijken, die reddiet waren. Zowel de een als de andere
soort behoorde tot de uitzonderingen onder de bevolking van
zulk een klooster. Doorgaans telde een kartuizerconvent geen
enkele reddiet. Dirk van Brederode nu was bij Arnhem aan
vankelijk eenvoudig lekenreddiet, een soort kloosterknecht
of oblaat, die wel is waar de gelofte had afgelegd om zolang
hij in het klooster woonde zich aan zekere strenge regels te
houden, doch die gerechtigd was om steeds weer in de wereld
terug te keren. Hij droeg een eenvoudige kloosterkledij en ver
richtte er lichamelijke arbeid. In rang stonden de reddieten
onder de lekebroeders. In 1391 is Dirk van Brederode echter
bevorderd tot de stand van clericus redditus. In deze qualiteit
werd zijn leven ongeveer als dat der koormonniken, hoewel
minder streng. Nu kwamen voor hem jaren van studie, omdat
hij zich moest voorbereiden voor de priesterlijke staat. In 1402
is hij van Arnhem overgeplaatst naar het klooster te Zeelhem
bij Diest, op de Brabants-Limburgse grens. Wij zullen Dirk
van Brederode daar terugvinden in gezelschap van zijn
broeder en medekloosterling Jan.
Zo is Reinouts tweede zoon Jan van Brederode hem in
1390 in zijn leengoederen opgevolgd. Bij het bewogen leven
van deze moeten wij wat langer stilstaan. In 1398 heeft hij
deelgenomen aan de krijgstochten van hertog Albrecht tegen
de Friezen, 's Jaars daarna maakte hij een reis naar Ierland.
In Kennemerland teruggekeerd, heeft hij de kapel in Sant
poort gesticht, met een altaar gewijd aan S. Patrick. Hij was
gehuwd met Johanna van Abcoude. Dit huwelijk was kinder
loos gebleven. In het jaar 1402 kozen beide echtgenoten met
onderling goedvinden de kloosterlijke staat. Johanna nam de
sluier aan bij de Dominicanessen te Wijk bij Duurstede, wier
klooster een jaar te voren door haar vader Willem van Ab
coude was gesticht. Jan werd eenvoudig lekebroeder of con
vers bij de Kartuizers van Zeelhem bij Diest. Tegelijk kwam
van de Grande Chartreuse - het grote moederklooster van de
Orde - de toestemming, dat Dirk van Brederode uit Monnik
huizen ook naar het Zeelhemse huis mocht worden gezonden.