als dirigent van harmoniegezelschappen, waaronder in de
eerste plaats Harmonie Crescendo moet genoemd worden, dat
hii tot het stevige korps maakte dat bij voorkomende gelegen
heden steeds de feestvreugde in Haarlems straten bracht. Ook
Beverwijks Harmoniekapel vond in hem een toegewijd leider.
Zo kon Hoffmeester in 1903 het orkest van Kriens ver
laten voor een zelfstandig bestaan als organist en dirigent,
waarbij dan acht jaar later nog de functie van klokkenist
kwam. Het werk was hem lief en hij kon het niet op§eve"-
heeft orgel gespeeld, gebeierd, gedirigeerd tot de Onverbidde
lijke hem het eind kwam aanzeggen.
Hij ruste zacht na een zo welbesteed leven.
Jos. de Klerk