- 15 -
In de nazomer van 1908 begon zijn studietijd te Delft, die
kort voor het einde in 1914 door de mobilisatie werd onder
broken.
Als luitenant trouwde hij met Mejuffrouw R. G. A. van
Royen, dochter van Professor L. A. van Royen uit Delft. In
staat gesteld om zijn studie te voleindigen, behaalde hij in 1917
zijn diploma als ingenieur. In Januari 1918 trok het gezin naar
Indië en wel, zoals toen door de oorlog aangewezen was, via
Amerika. Zijn werk vond hij bij de Semarang-CheribonStoom-
tramweg Maatschappij, zijn woonplaats in Tegal. De inrich
ting van deze tramlijn tot een spoorweg voor zwaarder verkeer
vereiste nieuwe bruggen en daarbij vond Van Scherpenberg
een interessante taak.
Met verlof in Nederland teruggekeerd (1924), trad hij in
dienst van Van Hattum Blankevoort, en wel als leider van
een werk, bestaande in het maken van een groot uitwaterings
kanaal met de bouw van een nieuwe zeedijk nabij Van Ewijck-
sluis, een der voorbereidende werken voor de afsluiting van de
Zuiderzee. Toen was nog niet te voorzien welk een belangrijke
taak later bij de afsluiting in zijn handen zou worden gelegd.
Hij werd in 1925 belast met de leiding van een werk op de
Weser, nabij Bremerhaven, en, nadat ook dit goed was ver
lopen, woonde hij met zijn gezin een korte tijd op een buitentje
bij Ell in Limburg, waar kanaal- en sluiswerken onder zijn
leiding tot stand kwamen.
In 1926 was intussen de Maatschappij tot Uitvoering van
Zuiderzeewerken opgericht, die met de Staat een contract voor
de bouw van de afsluitdijk afsloot. Tot de samenstellende
ondernemingen behoorde ook Van Hattum Blankevoort en
dit werd aanleiding, dat Van Scherpenberg als Chef van de
Oostelijke afdeling onder de leiding van de bekende Ir J. A.
Ringers bij de 'M.U.Z.' werd gedetacheerd. Daarmee begon
voor hem een glansperiode in het leven, evenals voor alle
anderen, die het voorrecht hadden, dit unieke, door en door
Hollandse werk, dat in binnen- en buitenland zo zeer de aan
dacht trok, mede te mogen beleven. De uitvoering werd een
doorslaand succes. In 1933 was Van Scherpenbergs taak hier
volbracht en verhuisde hij met zijn gezin van Harlingen naar
Bloemendaal aan de Hooge Duin- en Daalse weg, waardoor
de verbinding met Haarlem weer werd hersteld. Later bouwde
hij zich een huis aan de Ruysdaelweg in Overveen.