A. C. KRUSEMAN'S ZONDAGSBLAD 'Hoe komt het, dat er in de wereld van de journalistieke schrijvers geen mensen meer zijn, die waarlijk uitblinken? Geen figuren van de grote gestalte zoals De Koo was, of de unieke P. L. Tak of Frans Coenen?' Deze verzuchting van Victor E. van Vriesland in De Stem van Nederland1 had, indien hij nog wat verder terug gezien had, aangevuld kunnen zijn met een verwijzing naar het hoogst merkwaardige Zondagsblad uit het midden der vorige eeuw, waaraan slechts een leven van 15 maanden be schoren was. 'Ik maak mij sterk,' vervolgt Van Vriesland zijn boutade, 'dat wanneer fragmenten van het edelste proza der 1 ge eeuw, zeg stukken uit Potgieter, uit Bakhuizen, uit Jacob Geel of Busken Huet, op een actueel onderwerp toegepast onder pseu doniem in de meest gelezen dagbladpers van heden zouden worden afgedrukt, of zelfs in weekbladen, geen sterveling daar meer aandacht of bewondering voor zou hebben, dan voor de grove, pretentieuse en gestolen grollen van een Oome Nelis of voor de slecht gestelde, goed betaalde en stuntelige demago- giek van een voor zijn doctoraal gesjeesd jongmaatje.' Het was in i860 al niet veel beter. Op Zondag 1 Januari van dat jaar verscheen het eerste nummer van het 'Zondagsblad' bij de vermaarde uitgever A. C. Kruseman (1818-1894) te Haarlem. Hij was voor 1000.- eigenaar geworden van een onbeduidend weekblad en stelde zich voor daarvan een perio diek te maken in de geest van de Courier de dimanche, destijds een degelijk veelzijdig blad. Het zou wekelijks een overzicht geven van de belangrijkste voorvallen op maatschappelijk en wetenschappelijk gebied. 'Hij wist dat tot stand te brengen in ongeëvenaarden vorm, in, voor dergelijk soort lectuur, onge- wonen stijl. Bij Van Goor (den vorigen uitgever) een blad van zeer alledaagsch allooi, werd het Zondagsblad bij Kruseman een model waarnaar de ideale journalistiek zich hier te lande zou moeten hervormen"2 Maar Kruseman besefte niet dat hij zijn tijd verre vooruit en de doorsnee-lezer van i860 voor zo degelijke wekelijkse lectuur nog niet rijp was. Het blad overleed aan zijn degelijk- (1860-61)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1947 | | pagina 79