Onder geen der tot dusver behandelde onderwerpen vallen
de Spaansche schetsen waarvan Dr T. J. Halbertsma (1829-
1894) destijds praeceptor aan het Haarlemse gymnasium, naar
aanleiding van zijn achttienmaands verblijf in Spanje, waar
hij met de Utrechtse hoogleraar Van Herwerden griekse
manuscripten in bibliotheken had gecollationneerd, een zestal
in 't Zondagsblad deed opnemen. Deze stukken bekoorden, ge
lijk Quack terecht opmerkt, 'door haast uitbundigen luim en
spëelsche guitigheid'.
Het feuilleton was slechts ten dele aan de letterkunde gewijd.
Het eerste was de reeds vermelde voortreffelijke vertaling van
Busken Huet van Octave Feuillets Delila, een novelle in
toneelvorm, die kort te voren in de Revue des deux mondes door
Emile Montégut de schoonste van 's schrijvers novellen was
genoemd. Het werd gevolgd door stukken uit de Gedenk
schriften van Varnhage von Ense, waarin de moord van
Sand op Kotzebue behandeld wordt. Daarna verdween het
feuilleton geruime tijd uit de kolommen van het weekblad, om
onder de redactie van Quack te herrijzen met een bijdrage van
Joh. C. Zimmerman over George IV, ontleend aan een reeks
artikelen van Thackeray over de vier Georges in The Cornhill
Magazine.
Maar het vlotte blijkbaar niet bijzonder met het feuilleton.
Het werd geen vaste rubriek, zodat de lezer het verscheidene
weken moest missen. Vermoedelijk was het streven der redactie,
dat 'het feuilleton het beste moet blijven bevatten van wat de
uitheemsche litteratuur in maandschrift of dagbladen op
levert' daarvoor aansprakelijk en bleek de keuze te beperkt.
Waardig ter opneming werden alleen gekeurd Kinderspeel
goed van M. Rigault ter ere van St. Nicolaas, Lord Palmer-
ston en later Disraeli door Edward M. Whitty, meester in
het ontwerpen van geestige karakterschetsen van beroemde
tijdgenoten, Werther, door Emile Montégut, 'den beminne-
lijken en diepzinnigen criticus van de Revue des deux mondes
wiens 'Werther' volgens de redactie van het Zondagsblad 'wel
het schoonste is wat hij ooit geschreven heeft'. Daarop volgde
nog 'een der geestigste feuilletons van den zoo fikschen en
logischen republikein Eugène Pelletan' De Almanak, ver
volgens het Beroep van Schrijver, door St Marc Gerardin
en Bach en Mendelssohn door W. H. Riehl, die 'als fijn op-
- 61 -