THOMAS MARINUS HOOG 26 April 1873 - 14 Februari 1948 In 1868 vestigde zich de zoon van een Amsterdamse tabaks handelaar C. G. van Tubergen op de buitenplaats Zwanen burg (aan de Leidse vaart), die zijn vader voor hem gekocht had, ten einde daar een bloembollenkwekerij te beginnen. De jonge man wist de moeilijke eerste tijd te boven te komen en verwierf zich binnen weinige jaren een welverdiende roep in binnen- en buitenland. Zo werd de grondslag gelegd voor de thans wereldberoemde N.V. C. G. van Tubergen. Toen het twintigjarig bestaan in zicht kwam, stond de stichter der zaak nog steeds alleen aan 't hoofd, zonder vermoedelijke opvolger, want voor vrijen en trouwen had hij, naar eigen getuigenis, nooit tijd kunnen vinden. Gelukkig brachten twee jeugdige neven Hoog (zoons van Ds Thomas Hoog en zijne echtgenote Teunisje van Tubergen) die op Zwanenburg in het bloembollenbedrijf en de zaadhande zouden worden opgeleid, uitkomst. Zij toonden bijzondere aanleg voor het vak te hebben en stonden weldra hun oom in de firma ter zijde, om hem na zijn dood als directeuren der vennootschap op te volgen. Elk hunner had zijn eigen taak. De jongste broeder Thomas Marinus, geboren 26 April 1873 te Diemen, wien deze regelen zijn gewijd, legde zich vooral op het winnen van nieuwe varië teiten toe en verkreeg daarmede hoogst merkwaardige uit komsten. Het scheppen van nieuwe bloemvormen is boeiend en zelfs opwindend. Het eist naast de vakkennis en het handelsinzicht van de kweker, de aesthetische zin van de kunstenaar. Alleen hij, die deze eigenschappen in zich verenigt, heeft kans op het bereiken van de béste uitkomsten. Hoog bezat ze in hoge mate en heeft daardoor de bloemenwereld kunnen verrijken met talloze uiterst fraaie aanwinsten, uitmuntend door harmonieus kleurenspel en volmaakte vorm. Zo kon hij aan de reeds zo uitgebreide Tulpen- en Narcissen- sortimenten van de handel nieuwe verscheidenheden toe voegen, die zich een blijvende plaats in de kwekerijen hebben verworven. De sierlijke kleinbloemige Fairy-hyacinten, in de geest der door ziekte vrijwel verloren gegane Romeinse hya-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1948 | | pagina 22