k
- 73 -
lijk stuk van de hand van den gevierden Oostenrijksen beeld
houwer A. Jacquement en genaamd: 'Halali', staande in het
park van de Kaiservilla te Ischl. Het was een geschenk hunner
kinderen aan den Heer en Mevrouw van der Vliet-Borski,
ter gelegenheid van hun 3772-jarige huwelijk11, t /S-fo
Wijde gazons werden geschapen, verlevendigd door tal van
bloemperken. De oprijlaan, die eerst uitkwam op de Duinlust-
weg, ter hoogte van de tegenwoordige moestuin, werd evenals
deze weg (tot 1878 zandweg), verlegd volgens het tegenwoor
dig tracé; aan het einde, nabij de Zanderijvaart, verrees naast
het pompeuze inrijhek, een portiershuis, achtereenvolgens be
woond door de bekwame tuinbazen Strietman, Van Egk en
Clausing.
In 1881 werd begonnen met het uitplanten van dennen op
grote schaal: 82000 uit Edinburgh geïmporteerde Pinus Sil-
vestris werden toen uitgepoot.
Enige jaren later werd op het hoogste punt van de berg van
Duinlust, temidden der jonge dennen een koepel geplaatst,
met fraaie vergezichten op het omliggend land en de Noord
zee. Het droge hout en de boomschorsbetimmering er van
hebben tijdens de 'hongerwinter' de brandstoffennood wat
helpen verlichten.
Ook in de 'beneden-plaats' verrezen twee koepels, verder
een Noors huisje ter berging van fietsen, een kegel- en een
tennisbaan. Aan de Zanderijvaart werd een ijskelder ge
bouwd, behalve voor eigen gebruik ook ten dienste van
zieken; nog in de eerste wereldoorlog werd er 'geijsd'. Verder
werd daar in Juni 1912 een garage met chauffeurswoning
gezet.
Bij het overlijden van Mevrouw van der Vliet-Borski op
18 September 1912 erfde haar jongste dochter (overl. Utrecht
6 Juli 1949), in eerste echt gehuwd met den Vice-consul van
Zweden en Noorwegen te Amsterdam, G. F. Egidius, Duin-
lust, echter belast met levenslang vruchtgebruik ten behoeve
van haar broeder, J. E. van der Vliet, die daar in iq3q is
overleden.
Na eerst huisvesting te hebben geboden aan Nederlandse
Huzaren, Marechaussée, Duitse bezettingstroepen en Binnen
landse Strijdkrachten, is de plaats sedert 1 November 1947
verhuurd aan de Staat der Nederlanden, die in het hoofd
gebouw een centraal instituut voor opleiding van sportleraren