HET
HAARLEMSE LEESGEZELSCHAP
'T GAAT VAST'
In de tweede helft der 18e eeuw bloeiden in groten getale,
vaak op politieke bodem, gezelschappen op, gewijd aan toneel,
muziek en andere takken van ontwikkeling of ontspanning.
Te Haarlem werd in 1777 - hetjaar waarin ook de organisatie,
thans Nederlandse Maatschappij voor Nijverheid en Handel
genaamd, tot stand kwam - een leesgezelschap opgericht,
waarover tot nu toe geen enkele mededeling werd bekend ge
maakt. Dit is nauwelijks verwonderlijk, claar het enige wat
nog aan het gezelschap herinnert twee verzen zijn, 'voor de
leden gedrukt', en derhalve slechts in zeer geringe oplaag ver
schenen.1 Het ledental beliep immers ten hoogste een twintigtal
tegelijk. De volledige ledenlijst telt gedurende een tijdvak van
een halve eeuw niet meer dan 44 namen. Verscheidene hier
van zijn die van ook thans nog zeer bekende Haarlemse
families. (Zie bijlage.)
De leeftijden der leden liepen zeer uiteen. Bij de oprichting
was W. H. Bruinier reeds 58, J. E. van Varelen pas 20 jaar.
In later tijd was Jhr Mr Hendrik Huyghens bij zijn toe
treding 61 jaar, Mr Jan Teding van Berkhout 36 en zijn
zoon Jhr Mr Jan Pieter Teding van Berkhout 22 jaar.
Laatstgenoemde was later Gedeputeerde van Noordlï'oïland.
Zijn vader Mr Jan was schepen en president-wethouder
van Haarlem. Mr Adolf Heshuyzen en Jhr Mr David
Hoeufft waren Haarlemse burgemeesters, C. H. van Hei-
menberg Reuvens was notaris en procureur, H. A. Parvé
controleur der convooien en licenties, Mr P. S. Crommelin
ontvanger der stedelijke belastingen, Mr D. A. W. van Tets
lid van de Raad en rechter ter instructie, later president van de
rechtbank, Mr D. J. Canter Camerling lid van de Raad en
hoofd-officier der stad. Uit deze keuze uit de in het gezelschap
vertegenwoordigde ambten is af te leiden, dat het bij voort
during uit vooraanstaande Haarlemse notabelen was samen
gesteld.
Het eerste vers werd door het lid Jacob Elias van Varelen