Het zag er dus niet naar uit, dat de afdeling nog eens haar
125-jarig bestaan zou herdenken. Echter trad reeds hetzelfde
jaar een totale omslag in. De gevangenis hier ter stede raakte
zelfs overbevolkt met alle nadelen daaraan verbonden. Het
volgende citaat uit de notulen van 9 Januari 1843 werpt wel
een heel schril licht op de gevangenistoestanden hier ter stede:
'De secretaris deelt aan de leden een concept verslag mede.
Daarbij wordt melding gemaakt, dat tengevolge van het
grootere getal veroordeelingen welke in de laatste jaren zijn
uitgesproken, het getal ontslagenen evenredig vermeerderd is,
hetgeen tengevolge heeft gehad, dat de gelden aan dezen in het
afgeloopen jaar verstrekt tot een aanzienlijk bedrag zijn ge
klommen. Met betrekking tot de werkzaamheden van het be
stuur dezer afdeeling wordt met leedwezen te kennen gegeven,
dat buiten deszelfs wil zoo weinig aan het doel des Genoot-
schaps kan worden beantwoord. Dat tengevolge van gebrek
aan dé noodige ruimte in het huis te Hoorn, niet alleen de ge
vangenen van hier, voor langeren tijd veroordeeld, alhier ver
blijven, maar dat zelfs van elders naar hier gevangenen zijn
overgebragt. Dat tengevolge daarvan men gedrongen is vele
gevangenen in hetzelfde vertrek te plaatsen en men buiten
staat is de gedetineerden in genoegzame klassen te verdeelen.
Eene omstandigheid te meer te betreuren, daar zulks de reeds
zoo weinig bestaande gelegenheid om te werken wegneemt,
terwijl bovendien de inrigting van het huis van Arrest alhier
weinig geschikt is voor personen, die voor langeren tijd zijn
veroordeeld. De heer P. Teding van Berkhout merkt op, dat
met betrekking tot de jeugdige gecondemneerden, onlangs is
bepaald, dat dezen in het vervolg in een afzonderlijk vertrek
zullen bewaard worden en dat voor zooverre het verslag mits
dien min juist is.'
Tot voor kort werden dus te Haarlem ouderen en jongeren
gezamenlijk opgesloten.
In dezelfde vergadering werd besloten om aan de gevange
nen, die zulks nodig mochten hebben onderwijs te doen geven
en daartoe een onderwijzer aan te stellen: 'Het lid de heer
Hinlopen geeft in bedenking of zekere v. Aeen ontslagene,
die van de beste getuigenissen is voorzien, aan wien men tot
hiertoe niet in de gelegenheid is geweest om eenigen onder
stand te verschaffen, daar hij geen ambacht heeft geleerd, niet
wellicht hiertoe genoegzame geschiktheid zoude hebben.' Met
- 56 -