29
heimersteen, waarvan de hoogte nog wordt geaccentueerd
door vier pilasters, in één stuk doorgaande van basement tot
gootlijst. De kroonlijst rust op consoles. De gevel wordt ge
flankeerd door zijdammen met blokken. Voor de midden
travee, welke een hoofdgestel draagt met fronton, bevindt zich
een hoge stoep met dubbele trap en ijzeren hek. Uiterst
simpel is dus de versiering, slechts de Ionische kapitelen
en de segmentvormige frontons boven ae drié ramen der
middentravee verbreken de rechtlijnigheid, welke, volmaakt
Hollands-deftig, de waardigheid van de eerste bewoner on
dersteunt.
De bouw van deze statige patriciërswoning, die plaatsvond
onder leiding van de architect Abraham van der Hart,
directeur van de Stadswerken en Gebouwen te Amsterdam1,
werd begonnen in 1804 en voltooid in 1807. Dat de rekenin
gen van een dergelijk particulier bouwwerk nog volledig
aanwezig zijn, mag zeker als een unicum worden aangemerkt.
Te betreuren valt het, dat met deze rekeningen niet tevens
de bouwtekeningen bewaard zijn gebleven, al wordt dit gemis
voor een groot deel vergoed door de tekeningen, welke worden
aangetroffen in het boekwerkje van J. van Straaten 'Gron
den en afbeeldingen van eenige gebouwen en derzelver bin
nenwerken, ten dienste van werkbazen, en in het bijzonder
tot voorbeelden voor de jeugd, welke zich op de bouwkunde
toelegt', uitgegeven te Haarlem in 18122.
Deze tekeningen geven van de indeling van het huis een
beeld, dat zeer goed overeenstemt met de gegevens verkregen
uit de bovengenoemde bouwrekeningen.
De oorspronkelijke indeling was als volgt:
Het onderhuis:
Entree en vestibule; ter linkerzijde hiervan de Spreek
kamer met kast en het Kantoor met een secreet en overwelfde
brandkast; hierachter een portaal met trap en toegang tot de
onder het voorgedeelte van het huis gelegen provisie- en wijn
kelder, benevens een secreet voor de dienstboden; vervolgens
aan de tuinzijde de keuken met overwelfde bergplaats, oven,
fornuis, pompen, bijkeuken enz.; de Achtervestibule met
uitgang in de tuin en de Knechts- of Kokskamer met bedstede;
daarnaast de Turfkelder en verder aan de voorzijde een
knechtskamer met bedstede en eindelijk de provisiekamer
met de daarin behorende kasten en bergplaatsen.