- 21 - lijke grondslag van deze inrichtingen, maar ook levensgevaar betekende voor de patiënten. Het oude bestuur speelde het klaar om bijna alle patiënten elders onder te brengen en het gehele personeel te doen verdwijnen, zodat aan de nazi's twee vrijwel lege gestichten werden overgeleverd. Ontboden bij de duitse machthebbers, en bedreigd met de gevangenis, en erger, weigerde Van Dijk zonder meer aan de gestelde eisen te voldoen. Hij werd daarop, met het gehele bestuur, ge vangen genomen. Een der Haarlemse agenten, daarbij aan wezig, zei, toen dit gebeurd was, onder de indruk van de fiere houding, tegen een dorpsgenoot: 'Wij zijn er trots op dat wij zulke kerels hebben, die er voor ons de punt afbijten. Daar kunnen ze mee doen wat ze willen die breken ze nooit. Dat zijn onze pioniers!' Na zes weken cellulaire ge vangenschap in de Weteringschans gelukte het, langs bij zondere wegen, Van Dijk, wiens zwakke gezondheid een langdurige gevangenschap niet zou hebben doorstaan, met het gehele bestuur (zonder hetwelk hij niet in vrijheid gesteld wilde worden) bevrijd te krijgen. Zijn moedig gedrag vond later officiële erkenning in zijn benoeming tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Deze fiere moed, in een tenger lichaam, niet bereid tot enige transactie waar het om de essentiële dingen des levens gaat, maar mild en overtuigd van de betrekkelijkheid ten opzichte van al het gewone menselijke dit typeert Van Dijk. Hij wordt het best getekend door zijn eigen daden en woor den, omdat hij geheel leefde uit wat hij innerlijk was. Wij nemen daarom een en ander over uit een onlangs verschenen boek 'Woord en schoonheid', waarin een aantal korte medi taties en preken, opstellen en voordrachten, gebundeld her- uitgegeven zijn. Een bundel, waaruit de fijne geest en de geloofszekerheid, de ernst en de humor van Van Dijk spreken. Een bundel met zoveel schoons, dat het moeilijk is een keuze te doen uit de vele stukken, die de persoon van de schrijver typeren meer dan woorden over hem. Over de schoonheid als bemiddelaar van het heilige: "Schoonheid is als het woord dat wij op onze lippen hebben, maar wij kunnen het niet vinden; zij is als de geur die wij proeven, maar wij kunnen hem niet beschrijven.'Zij is onuit sprekelijk, juist omdat zij het zelf niet 'uitspreekt'. Dit onuit sprekelijke is de heerlijkheid der schoonheidZij wijst heen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1951 | | pagina 35