- 43 - ter (d), en bezitten tevens het huis tegenover de Begijnesteeg (D 1120). In hun bezittingen lagen ook de fraaie vertrekken, die thans nog in het Kantongerecht te bewonderen zijn. De kamer van één der Kantonrechters, ten Noorden van de poort aan de Jansstraat, met prachtige schouw, eikenhouten be timmering en mooie deuromlijsting, was waarschijnlijk de salon van de familie. Het schilderij in de schouw, voorstel lende een dame, die door haar dienaressen wordt gekleed, is van Pi eter de Grebber en het bloemstuk boven de deur van Vincent van der Vinne, die leefde van 1629 tot 1702. Ver moedelijk is het eerste schilderstuk, dat het jaartal 1643 draagt, eerst later in de schouw aangebracht, want indien Mr Joan van Thilt dit gedeelte aldus inrichtte, dan kan dat toch niet vóór 1650 zijn geweest, toen hij eigenaar van al deze percelen werd. Het is echter eerder aan te nemen, dat de ver bouwing uit wat later tijd stamt, misschien eerst uit het begin der 18de eeuw, dus uit de tijd, dat zijn kleindochter, Maria van Thilt, en haar man, Jean de Givry, het bewoonden. Het vertrek daarnaast met drie ramen aan de straatzijde, dat men door de mooie deuromlijsting betreedt, behoorde ook tot het huis der Givry's, maar is in zijn tegenwoordige vorm uit later tijd. Daarentegen zal de z.g.n. kleine zittingszaal aan de tuinzijde ten Noorden van de poort, die gebouwd is in dat gedeelte, dat eertijds aan Barbara Boddingh toebehoorde, d.w.z. de ziekenzaal van het oude convent (d), stammen uit de tijd van Joan van Thilt. Het vertrek bezit een prachtig beschilderd tongewelf. De wapens boven de schouw zijn die van Joan van Thilt (het mannelijke) en Maria Reynst (het vrouwelijke wapen) en moeten daar door burgemeester Van Thilt na de verbouwing aangebracht zijn. De Givry's hadden blijkbaar geen kinderen om dit alles aan na te laten. De erfgenamen van Maria van Thilt, weduwe Givry, waren haar neef van vaders zijde, Jan Sautijn, en haar nichten van moeders zijde, Maria Suzanna en Johanna Cata- In 1728 vond voor notaris Mr Jan van Dijk de boedelschei ding plaats van Maria van Thilt, weduwe van Jean de Givry, waarbij aan vrouwe Johanna Catarina van Vladeracken, echtgenote van Mr Jan Hendrik van Dam, werd toebedeeld het grote huis en erf in de Jansstraat (D 1121) met stalling en RINA VAN VLADERACKEN2).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1951 | | pagina 71