i6
Daarom vond men in hem ook dat treffende samengaan
tussen opvallende bescheidenheid en onverzettelijkheid. Wie
hem ontmoette, stond voor een mens zonder enige pretentie,
de eenvoud zelve. Maar ging het om de waarheid van Schrift
en belijdenis, ging het ten diepste om het Woord van God, dan
zag men een heilig vuur in hem laaien. Dan spaarde hij nie
mand; zijn ogen schoten vonken, en zijn machtige diepe bas
stem deed denken aan de donder. Toch zwaaide hij de moker
niet lang in zijn kleine handen. Hij was immers dienaar van
het evangelie. Had hij moeten geselen, hij zou nooit nalaten
de olie van Gods genadebeloften te laten druppelen in de open
wonde, en hoe wonderlijk teer kon dan die donkere stem
troosten.
Zie, door deze 'dienst des Woords' heeft de gemeente Ds
Siertsema liefgekregen, en door zijn trouw hierin waren de
banden zo hecht geworden.
Het is geen wonder, dat met name de jeugd zich sterk aan
deze mens gebonden gevoelde. Toen Dr J. H. Bavinck van
Heemstede naar Indië vertrok, was Siertsema de aangewezen
opvolger als voorzitter van de Gereformeerde Jeugdcentrale.
Van 1929 tot 1946 heeft hij deze functie bekleed.
Heeft het zin in dit artikel al de commissies te vermelden,
waarin Ds Siertsema zitting had? Laat ik me beperken tot
wat hij naar buiten deed. Want deze predikant sloot zich niet
maar op binnen eigen kerkelijke kring, maar greep iedere ge
legenheid gaarne aan, om ook voor wijder kring van nut te
mogen zijn.
Zo was hij in de dertiger jaren bestuurslid van de plaatselijke
afdeling van de vereniging voor Volkenbond en Vrede. Was
het hem maar enigszins mogelijk, dan liet hij het Leger des
Heils niet vergeefs een beroep doen op zijn medewerking. In
de bezettingsjaren was hij de eerst aangewezene uit onze kring
om zitting te nemen in het plaatselijk convent van predi
kanten, het zogenaamde Iko. In het laatst van de oorlogstijd
heeft hij nog korte tijd het voorzitterschap bekleed.
In die bange tijd heeft Siertsema, levend uit zijn geloof,
zich een man van grote moed getoond. Onverschrokken ge
tuigde hij tegen de anti-christelijke beginselen van het Natio-
naal-Socialisme. Trouwens, reeds voor de oorlog had hij een
brochure geschreven: 'De Kerk en de N.S.B.' Voor uit hun
dienst ontslagen catechisanten trok hij naar de bezettings-
