36 Oost-West-richting aangehouden heeft komen wij tot een ver loop dat veel waarschijnlijker lijkt (afb. 2a). Men ziet, dat de uitmonding in dat geval vlak naast het begin van de Bake- nessergracht ligt. Bij het graven van deze gracht nu zal men, om toeslibbing door bezinksel uit de Beek te voorkomen, de mond van de Beek verlegd hebben. Om te verhinderen dat de oude loop weer opgezocht werd, en om uitschuren van de noordelijke oever te voorkomen heeft men er een dijk of dam (vroeger synoniem) naast gelegd, die wij thans nog als de enigszins verhoogde Damstraat waarnemen. Reeds merkte ik op, dat het veer ouder moet zijn dan de dam. Immers, de Korte en de Lange Veerstraat vormen een omslachtige verbinding met de Markt; als de Dam(straat) be staan had toen het veer werd ingesteld, was er zeker van deze kortere weg gebruikt gemaakt. Toch is hiermede de verbin ding van de markt met het veer en de plaats die men voor de oversteek heeft uitgekozen nog niet verklaard. Wij zullen deze verbindingsweg nader bezien. De Lange Veerstraat gaat ongemerkt over in de Kleine Houtstraat. Beschouwt men beide straten als een geheel (zie veooN- HOEVe toestand na EERSTE WJ)- Ziqiuq AFB. 2 B

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1953 | | pagina 68