uit vijf leden, was i ooo,Als presentiegeld werd aan de Raadsleden een raadspenning toegezegd in de vorm van de vroegere vroedschapspenningen, die vernietigd waren, maar waarvan het stempel nog aanwezig was, ter waarde van een halve Rijksdaalder. In de vergadering van n Januari 1803, waarin dit besluit viel, werd ook het voorstel van Mr Adriaan van Zeebergh aangenomen om de vergaderingen voortaan weer met gebed te openen. Men kwam dus langzamerhand op vele gebruiken van vóór de revolutie van 1795 terug, zoals ook de oude namen als Raden en Schepenen waren weergekeerd; weldra (1808) zouden ook de namen Vroedschap en Burge meester weer opduiken. De idylle van de ongehonoreerde magistraten was hiermede ten einde. G. H. Kurtz 6i i

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1953 | | pagina 95