- 66 - Koningshof de Heer J. A. W. Luden het huisje zo veel moge lijk in de oude staat doen brengen. 'Ter goeder memorie' is toen in de noordelijke topgevel een eveneens geel steentje aangebracht met de naam 'Volmeer'. Mr C. W. D. Vrijland (1) Puntig uitstekend stuk rietland. (2) Dr P. Hoekstra in zijn: Bloemendaal, blz. 54, zegt: 'De naam Piest lijkt vrij onverklaarbaar'. Ik meen, dat het hier wellicht een variant is van: 'biest', laaggelegen landen, waar biezen groeien. Zie Schönfeld, Veldnamen, blz. 68/69. Verg. ook 'Poldernamen in Rijnland' door Mr S. J. Fockema Andreae, Leiden 1952, in voce: Piestpolder. (3) Waarschijnlijk wordt hier bedoeld: Het Park, in de 16de eeuw het Spaerwouwer Duyn geheten, naar het geslacht van Spaerwoude, dat in deze omgeving nogal wat grondbezit had. Nu nog een duinvlakte tussen Elswout en Aerdenhout, in het laatst van 1954 door de gemeente Bloemendaal aan gekocht voor bouwterrein. (Zie ook jb. Haerlem 1940, blz. 124). (4) Hoekstra, t.a.p. blz. 56. (5) Meesterknapen, zegt Mkrui.A in zijn: Van de Wildernissen (1605), zijn eigenlijk in het stuk van de houtvesterij Rechters. (6) 'Heergewaeden zijn vereeringen ende erkentenissen, die den nieuw aen- komenden Leenman den Leen-Heer ten tijde van 't verlij schuldich is, voor de weldaedt ende moeyte van 't selve verley'. P. Bort, Het Hollandts Leen recht, 3e dr. 1731, blz. 288. De Noorse jachtvogels, hier bij uitzondering ge vangen, waren zeer geliefd en vurig begeerd. De vangst was een prerogatief van de Deense Kroon. Dr A. E. Swaen, De Valkerij in de Nederlanden, Zut- phen 1937, blz. 91. Onder muiten in de valkenierstaal, is ruien te verstaan. Merula t.a.p., schrijft op blz. 23 daarvan: 'Havicken sijn beter van een of twee muyten', dat is: als ze een of twee keer geruid hebben. (7) Onder Tetterode (Overveen) komen ca. 1602 Riethoorntienden voor in het Volmeergebied. (8) Mevr. J. M. Sterck-Proot in: Geschiedenis van Aerdenhout, ie dr. 1939, blz. 25. (9) Hier is bedoeld de Doodweg, thans Van Haemstedelaan, en niet de tegenwoordige Bovenweg naar Aerdenhout. (10) Op de tentoonstelling: 'De Triomf van het Manierisme' in de zomer van 1955 in het Rijksmuseum te Amsterdam gehouden, waren van Heems- kerck geëxposeerd zijn 'Sibylla Erythraea' (cat. nr. 514) en 'Venus en Amor' (cat. nr. 65)Een zelfportret bevindt zich in het museum te Cambridge. (11) Bijdr. Gesch. Bisdom Haarlem XVIII, XXI. (12) De Koning in zijn 'Tafereel der Stad Haarlem', IV, 138, beschrijft zulk een trouwplechtigheid. De laatste vond plaats in 1787- Waarom nu Prof. Mr A. Pitlo in zijn: Het Testament, Spiegel der Mensheid, in 1951 ver schenen in een bundei monografieën, getiteld: 'Het Testament', onder red. van wijlen Prof. Mr Meijers en Prof. Mr Eggens, Maerten versiert met het epitheton: jolig, zijn verscheiden in 1660 stelt, meent dat het legaat ten goede

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1955 | | pagina 104