- 27 -
het fotograferen in diepe boorgaten. Zelf construeerde hij
zulk een toestel, waarop hij octrooi aanvroeg en verkreeg,
en in de jaren 1923—1929 verschenen er over deze onder
werpen verschillende artikelen van zijn hand, o.a. in het
Polytechnisch Weekblad. Inmiddels had hij op een geogra
fische excursie Mej. H. van Groningen ontmoet, met wie hij
op 15 December 1925 te Deventer trouwde. Het gezin, dat
in de loop der jaren met drie kinderen werd verrijkt, vestigde
zich te Heemstede, waar Reinhold tot zijn dood is blijven
wonen.
Omstreeks 1930 was hij begonnen zich toe te leggen op
micropalaeontologisch onderzoek en wel in 't bijzonder op
de kennis van diatomeeën, een groep van micro-organismen,
waaraan op dat tijdstip nog weinig aandacht was geschonken
en waarvan de kennis van groot nut beloofde te zijn als
hulpmiddel bij stratigrafische interpretatie. Hij bereikte
hiermede resultaten en daar hij het onderzoek niet tot Ne
derland beperkte en ook fossiele diatomeeën uit Indonesië
en Belgisch Afrika onderzocht, kreeg zijn werk ook voor het
buitenland betekenis.
Toen in 1946 Dr Tesch aftrad als directeur van de afdeling
Geologische Kaart van de Geologische Stichting (een semi-
Rijksinstelling, die na de opheffing van de Rijks Geologische
Dienst in 1936 voor dit lichaam in de plaats gekomen was),
volgde Reinhold hem in deze functie op. Zijn directeurschap
kenmerkte zich door zijn streven de door de afdeling ver
gaarde geologische kennis meer dan tot dusverre dienstbaar
te maken aan de maatschappij. Reinhold heeft de voldoening
mogen smaken te ervaren dat de door hem ingeslagen weg
geleid heeft tot een krachtige ontplooiing van de afdeling.
Helaas heeft hij deze ontwikkeling niet ten volle kunnen
meemaken, want meer en meer kreeg de ziekte, waarvan hij
het slachtoffer is geworden, hem in haar macht. Wel heeft
hij, daarbij door zijn echtgenote liefderijk terzijde gestaan,
tot het laatste toe gestreden om zich aan de meedogenloze
greep te ontworstelen, het heeft niet mogen baten.
H. D. M. Burck