DR JOHANNES JACOBUS
VAN DE BELT
7 November 1898—22 October 1955
Toen de jonge Van de Belt de 5-jarige H.B.S. achter de
rug had en enige jaren op een assurantiekantoor was werk
zaam geweest, bleek zijn rusteloze geest geen bevrediging te
kunnen vinden in het eentonig kantoorwerk. Sterk voelde
hij zich aangetrokken tot de medische studie en zo liet hij
zich inschrijven bij de medische faculteit der Amsterdamse
Universiteit.
Reeds als student bleek zijn meer dan normale belang
stellingvoor de wetenschap. Van zijn hand verscheen: 'Enige
reactie-handelingen en hun begeleidende physiologische ver
schijnselen.'
Na het behalen van zijn arts-diploma was dokter Van
de Belt enige tijd werkzaam als assistent van Prof. Lans te
Amsterdam, waarna hij zich op 1 September 1926 te Haarlem
als huis-arts vestigde. In 1927 volgde zijn benoeming tot ge
neesheer bij de Haarlemse strafgestichten, waar hij op
21 Juni 1952 zijn 25-jarig jubileum herdacht.
In de loop der jaren was zijn burgerpraktijk zo zeer uit
gebreid, dat hij zich genoodzaakt zag tot enige malen toe,
zeer tegen zijn zin, een deel van zijn patiënten aan de zorgen
van een artdere arts over te dragen. Dit was temeer noodzake
lijk, daar hij zich had voorgenomen naast zijn praktijk ook
nog de wetenschap te dienen. En zo heeft hij kans gezien mét
opoffering van veel tijd én inspanning zijn proefschrift te
schrijven, waarop hij 18 December 1952 promoveerde tot
Doctor in de Geneeskunde.
Ongetwijfeld mede door deze wetenschappelijke prestatie
onder°de titel 'Rórschach-onderzoekingen in de gevangenis
en het Huis van Bewaring te Haarlem' ontving hij de Ko
ninklijke onderscheiding van Ridder in de Orde van Oranje-
Nassau.
Hoezeer Dr Van de Belt bij zijn patiënten geliefd werd
bleek kort na de bevrijding in 1945 toen hem, ook al door
zijn groot aandeel in het verzet tijdens de bezettingsjaren,