- 53 -
Bij kastelen of grote landhuizen behoorden vaak wo
ningen, die van een op- of jachtkamer waren voorzien, zoals
bv. het jachthuis 'De Koekoek' onder Aerdenhout.
Reeds vroeg moet Kraantje Lek ook van een 'jachtkamer'
voorzien zijn, een vertrek boven de kelder, waar het wild
kon worden bewaard, gelegen. Deze is er thans nog; zij werd
kortelings nog hersteld, na de oorlog. Uit de combinatie van
deze met de bovenstaande gegevens valt dus wel het een en
ander op te maken over de oude toestand van de herberg,
die, zoals thans gebleken is, steeds onder het adellijke huis
Rolland geressorteerd heeft en onder het buiten Elswout.
Een zeldzame populariteit genoot Kraantje Lek steeds.
Zijn populariteit was groter zelfs dan die van menige andere
herberg in Kennemerland, als bv. 'Oud Roomen', de Oude
en Nieuwe 'Geleerde Man', het 'Droncken Huisje', De 'Dor
stige Pleiaden' of 'Het Vrouwtje aan Duin' incluis, ja, er be
stond zelfs een liedje op het Kraantje Lek met de woorden
van een kreupelrijm, dat ik in mijn kinderjaren door oude
mensen nog wel heb horen zingen:
Kraantje, Kraantje, Lek, Lek, Lek,
Jenevertje, Jenevertje,
Kraantje, Kraantje, Lek, Lek, Lek,
Jenevertje is mijn trek!
Zelfs zo'n weinig verheffend drinkebroersliedje zegt nog
wel iets over de hoge ouderdom van deze typisch oud-vader
landse instelling.
Nog een enkel woord over de befaamde dikke boom, de
oude iep. Ofschoon Ds Craandijk drie kwart eeuw geleden
reeds voor zijn leven vreesde, staat hij tot op de huidige dag
steeds pal, alle beweringen over gevaar van de kant van de
talrijke nog voortdurend om zijn voet krioelende kwajongens
ten spijt en ondanks het 'rollen, buitelen, vechten, duwen
en stoeien.'
In September 1882 dichtte Nicolaas Beets over de holle
boom. Van Walré, vóór hem, zong van de Blinkert: 'Het
Blanke Corusca, Uw luisterrijk hoofd, Sicilië's Etna ten
trots' enz. en Ampsing in zijn 'Beschrijvinge ende Lof der
stad Haerlem' van 1628, rijmt: