Zoals zijn latere preken, het merkwaardige frisse hadden
van iemand die midden in het leven stond, zo was hij ook
opmerkelijk objectief en fris in zijn opvattingen aangaande
architectuur. Ds Blauw was op 87 jarige leeftijd geen rem
doch, integendeel, een stimulerende factor bij het totstand
komen van een moderne school.
Voor sommigen gold Ds Blauw als een ongemakkelijk
heer. Hij kon, zonder aanzien des persoons, voor zijn mening
uitkomen, of dit voor anderen prettig was of niet. Niet zo
zeer omdat dit dan zijn persoonlijke opvatting was maar,
omdat dit naar zijn mening voor de zaak of het beginsel dat
hij voorstond nuttig of nodig was.
Eigenbelang was bij hem ver te zoeken en met zijn emo
tionele aard kon hij zich als een bevelhebber uiten. Hoewel
dit uiteraard wel eens tot botsingen leidde, zo kwam dit voor
hem slechts voort uit toewijding aan het bepaalde werk dat
gedaan moest worden en dat hij liefhad.
Zo kon ik van deze explosieve man houden ook al was ik
het niet altijd met hem eens. En dat kon hij met een wijze
glimlach aanvaarden. Hij ging toch zijn gang.
Een merkwaardige hoeveelheid werk verzette hij en een
evenzo merkwaardig aantal functies vervulde hij bijkans on
vermoeibaar. Hij was voorzitter, later secretaris van de Ver
eniging van Scholen met den Bijbel, voorzitter van de eerst
kort geleden gereed gekomen scholen voor Christelijk Bui
tengewoon Lager Onderwijs, bestuurslid van de Vereniging
voor Christelijk U.L.O., van de Vereniging voor Christelijk
Kleuteronderwijs, van de Utrechtse Zendingsvereniging, van
de Vereniging voor Uitwendige Zending enz. Daarbij be
oefende hij nog liefhebberijen zoals het snijden van houten
figuurtjes die dan op bazars werden verkocht en tenslotte
was geen huishoudelijke hulp aan zijn vrouw hem te veel.
Bij al deze besognes ging de gewone fiets hem te langzaam;
hij snorde op zijn bromfiets als een jonge man langs de weg,
verbazing wekkend bij allen die zijn leeftijd bevroedden.
Ondanks de smeekbeden en waarschuwingen van zijn lieve
vrouw, die hem tegen alle verwachtingen in nog over
leeft, kon hij het werken niet laten. Ik geloof dat rusten voor
hem onmogelijk was. Hij moest organiseren, leiding geven