merkwaardig sterk zijn geheugen was, een eigenschap die hem in zijn journalistiek werk van zo groot nut is geweest. Mijn vader ontdekte al spoedig dat in mijn broer het jour nalistieke bloed sterk vertegenwoordigd was en er nauwelijks overreding voor nodig was om zijn oudste zoon hiervan te overtuigen. De journalistiek is misschien geen vorm van kunst, zij komt er toch stellig dicht bij in die zin, dat er talent voor aanwezig moet zijn, dat dan meestal met de bescheide ner term 'flair' wordt aangeduid. In dat woord zit naar mijn smaak teveel van het begrip 'handigheid' om de eigenschap pen van de geboren journalist recht te doen wedervaren. Flair is, zoals ik dit engels woord interpreteer, van toepassing op hen, die in de journalistiek hun leven lang een bescheiden positie blijven innemen, het doet aan de talenten van de weinigen, die een grote hoogte in dit beroep bereiken stellig te kort. Ook het begrip kunst dekt niet allen, die naar de gunsten der muzen streven gelijkelijk. Mijn broer Bob had een uitgesproken journalistiek talent en reeds vóór zijn twintigste jaar werd hij bij Haarlems Dagblad in de gelegenheid gesteld zich de bescheidenste vor men van de onontbeerlijke journalistieke techniek eigen te maken. Later werd hij volontair te Utrecht, nog later trad hij in dienst bij het landelijk dagblad De Telegraaf. Mijn vader bleef intussen hopen, dat hij eens zijn opvolger in hem zou vinden. De eerste wereldoorlog bracht een onderbreking. Mijn broer, aanvankelijk bij de loting voor de militaire dienst afgekeurd wegens zijn ogen, werd opgeroepen voor her nieuwde keuring en vertrok spoedig daarna naar de grens, waar hij in, naar ik meen, ongeveer 21/9 jaar dienst opgeklom men tot tweede luitenant, tot de wapenstilstand bleef. Ook de tweede Wereldoorlog bracht een onderbreking in zijn werkzaamheid, toen hij tegen het einde van 1941 vrijwillig de pen neerlegde, hetgeen hem later nog op enige maanden gedwongen verblijf in St. Michielgestel kwam te staan. Intussen waren zijn journalistieke gaven bij De Telegraaf ook niet onopgemerkt gebleven en men zond hem als cor respondent naar Parijs, waar hij o.a. de vredesonderhande lingen meemaakte en voor zijn krant versloegDit was natuurlijk een voortreffelijke opleiding voor de nu bijna dertigjarige, waarvan het internationaal karakter werd voort-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1956 | | pagina 39