VAN DE SINT NICOLAASBRUG
AF GEZIEN
Een stukje Haarlem uit de zeventiende eeuw.
De alleraardigste tekening, die U hierbij afgebeeld ziet, is
van een onbekend XVIIde eeuwse meester, voorstellende:
een gezicht op het Spaarne (Oost-zijde) met de thans niet
meer bestaande Sint N icolaasbrug, bij de hoek van de Kou-
denhorn.
De brug ontleende haar naam aan de Sint N icolaaskapel,
die in 1450 gesticht werd aan het einde van de Spaarnwouder
straat, tussen de Amsterdamse Poort en de Houtmarkt. Die
brug werd ook wel 'Coralenbrug' genoemd, naar de koralen
in de kapel gezongen. Ook deze kapel is verdwenen.
In 1580, het jaar waarin Willem de Zwijger zijn Apologie
schreef, reed deze grote Oranje-Prins met zijn gevolg over
dit bruggetje.
Ter hoogte van deze brug had men een echo die zeer
helder weerklonk. De zoontjes van de brouwers en natuur
lijk ook van de andere buurtbewoners konden de verleiding
niet weerstaan, in het voorbijgaan hun eigen stem even door
de echo te laten weerkaatsen. Omdat de volwassen buurtbe
woners hiervan veel overlast ondervonden werd in 1648 hier
tegen een verbod uitgevaardigd.
Nu ik het over de bewoners van deze buurt heb, ben ik
beland op het punt, waar ik het over wilde hebben.
Op dit gedeelte van het Spaarne, dat hier is afgebeeld,
waren aan de Oostzijde zes van de 55 brouwerijen, die Haar
lem in het midden der zeventiende eeuw telde, gevestigd.
Van enkele zeventiende-eeuwse eigenaren uit die zes
brouwerijen laat ik nu hier het een en ander volgen.
Wij zien als eerste brouwerij 'de Zon', waarvan de 'bier-
paal' duidelijk is te onderscheiden. Deze bierpaal diende
zowel voor aanlegplaats van de waterschuiten als om het
water met een hefboomsysteem naar de brouwerij te brengen.
De brouwerijen mogen de lezer misschien minder bekend
voorkomen, veie van de eigenaren kent U (althans behoorde