- 43 -
worden tussen haar en Mattheus Hoffland, 'bejaert jong
man' de huwelijkse voorwaarden getekend. Wij zien de
plechtigheid als het ware voor ons: In een van 'de seven
schoone beschoote earners', natuurlijk de fraaiste zaal, achter
een tafel notaris Jacob Schout met zijn klerk gezeten, daar
voor 'ten eenre de toecomende brudegom, bij hem hebbende
Cornelis van Hoffland sijn eenigen broeder ende Loth
Schout 5 sijn cousijn' en Agatha Dirckxdochter, wed. van
Nicolaas Olycan, 'geassisteert met haar broeder Ysbrant en
haer behuwdoom Cornelis Guldewagen out burgemeester
en haer cousijn Gaeff Meijndertsz Fabritius regeerend
schepen ten andere'.
Gedurende zeven jaren behartigen man en vrouw samen
de belangen van de brouwerij en dan is er in 1652 weer een
dag waarop Agatha Dikx het brouwersgild met 45 gulden
vereert, nu voor het begraven van haar tweede echtgenoot.
Wij zien hoe ze dapper alleen Het Scheepje blijft besturen,
zoals ons dit uit vele notariële acten blijkt. Totdat ook voor
haar de dag aanbreekt, waarop alle aardse beslommeringen
een einde nemen en zij op haar beurt door de gildebroeders
naar haar laatste rustplaats in de Grote Kerk begeleid wordt
in het jaar 1667.
Over Het Scheepje zou nog meer te vertellen zijn, maar
ik wil hier nog slechts memoreren, dat het in de negentiende
eeuw de laatst overgebleven brouwerij was, totdat ook deze
in het begin der twintigste eeuw ophield te bestaan.
Op 24 Februari 1616 koopt de drie en twintigjarige Pie-
ter Bon de brouwerij 'De Bruynvisch' van de weduwe van
de vroegere eigenaar. Hij veranderde de naam in die van het
Brandijzer. Zijn panden waren naast die van Flet Scheepje
gelegen.
Bon behoorde tot een gegoed Doopsgezind brouwersge
slacht, de leden hiervan konden echter geen regeringsamb
ten bekleden, daar ze niet tot de officiële Gereformeerde kerk
behoorden.
Dat zijn zaken voorspoedig gingen blijkt uit het feit dat
hij, om zijn brouwerij te kunnen uitbreiden, een groot huis
naast het zijne kocht. Ook hij had een goede steun in zijn
vrouw, die uit diverse acten naar voren treedt als een door
tastende persoonijkheid die wist wat zij wilde.