- 53 - die tijd aanmerkelijke som van tussen de 16.000,— en 18.000,—. Bij zijn dood liet hij 455.659,— na. 8 Kennelijk om van het onderhoud af te zijn, verhuurt Mr Boudaen in 1745 voor vijftien jaren tegen 175,— per jaar, het Zwarte Veld aan Rijnland 'omme gedepopuleerd en van Conijnen ontbloot en wijders sodanig beheerd te worden als Haar WelEd. ten meeste dienste van Rijnland ende der Landen aan de duynen geleegen, oordeelen sullen te behooren'. Deze pachtovereenkomst is, telkens verlengd, van kracht geweest tot 31 Januari 1790. Na expiratie der huurjaren moest het duin weer behoorlijk 'met Conijnen beplant' worden op geleverd. Waren er tot die tijd over de grenzen van het Zwarte Veld nog geen kwesties gerezen, in de 2de helft van de 18de eeuw zal dat anders worden. De aanleiding daartoe was een uitgifte in erfpacht tegen een jaarlijkse canon van 15,—, van vijf morgen zeventig roeden duin aan Philip Kops achter het hem toebehorend buiten 'De Rijp' te Bloemendaal. Een jaar later, in April 1766, kreeg David van der Poorten, die 'De Beek' met overplaats bezat, 3 morgen 37 roeden in erfpacht, iets ten Zuiden van het vorige duin gelegen. Beiden hadden zich ter verkrijging daarvan gewend tot de Gecommitteerde Raden. Beide terreinen waren in erfpacht uitgegeven door de Grafelijkheid. Boudaen achtte zich door die handelwijze aangetast in zijn eigendomsrecht van het Zwarte Veld, waar toe hij beweerde dat die erfpachtsgronden behoorden. Het zal echter nog meer dan een jaar duren voordat hij daartegen een officieel protest laat horen. Inmiddels had Mr Boudaen, in 1761 ambachtsheer van Diemen geworden, in de winter van 1766 op 1767 een hachelijk avontuur. Santen met de hoofdschout Mr Isaac Sweers wandelde hij op 24 Februari 1767, zo tussen vijf en zes uur, op de Heerengracht in Amster dam. Er liep daar de Heren toen een putjesschepper voorbij, die met zijn schep de burgemeester van achteren tegen het hoofd raakte. Toen de Groot Edl. Achtb. omkeek, kreeg hij met het scherpe gedeelte van het instrument een schram in zijn 'tronie, van 't oor af tot onder de neus toe Men dacht aan opzet en daarom werd de zaak terdege onderzocht, maar het was en bleef een ongeluk. 9 Eerst op 13 Mei 1767 richt Boudaen zich bij request tot de Gecommitteerde Raden van Holland en West-Friesland. Hij

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1956 | | pagina 85