63
verder recht doorsnijdende via het stadje Purmerend. In het
volgende jaar nu werd deze linie door Krayenhoff verlengd
tot aan de Noordzee. Dit werd de 'Linie van Beverwijk'.
Zoveel hoofden, zoveel zinnen. Want, hoewel in 1804 door
de Franse bondgenoten nog gesproken werd over een 'bonne
ligne de défense', was de Genie van het Eerste Keizerrijk
klaarblijkelijk al volstrekt geen bewonderaar meer van het
gewrocht van de overste Krayenhoff. Want de 'instruction
donnée par Monsieur le conseiller d'Etat, Général de Division,
Comte Chasseloup a Monsieur le Colonel du Génie Paris sur
les diverses places de sa direction' uit Amsterdam verzonden
op 21 October 1811 oordeelde hierover als volgt: 'La ligne
'des redoutes qui existe en avant de Beverwick pourrait servir
'a une petite division repoussée, pour arrêter deux jours au
'plus un ennemi qui aurait eu des succès, encore faut il se
'méfier de cette ressource; cette fortification semble avoir été
'faite plus pour couvrir Beverwick que pour toute autre chose,
'il sera plus sur d'avoir arrière un point d'appui. Vous ferez
'done relever au pas et ès la boussole le terrein qui va d'un
'point d'appui pris a 200 toises de Velzen, aux dunes, de
'manière a réunir l'avantage d'arriver aux dunes les moins
'larges, avec la plus courte ligne, le but est de montrer le point
'ou peut arriver le canal, dont une rive serait un retranche-
'ment et quelle position des dunes un fort aurait a barrer'1.
Hoewel het in zijn tijd aan plannen niet ontbroken heeft is
onder Napoleon in deze streken niet veel meer bereikt dan een
kapitale versterking van Den Helder in de vorm van een
machtig retranchement. Van een fort ter hoogte van Velsen
of Beverwijk ter afgrendeling van 'Holland-op-zijn-smalst' is
evenwel niets gekomen.
Toen het Noordzeekanaal gegraven werd kwamen er aan
stonds nieuwe plannen om een eventueel landende vijand te
kunnen keren. Er werd over een 'verschanste stelling bij Alk
maar' gedacht. En naar analogie van het Napoleontische idee
om bij Velsen-Beverwijk drie kapitale forten te projecteren
kwamen tekeningen tot stand. Van datgene, wat destijds nog
restte uit de Linie van Beverwijk 'bestaande uit een 25 kleine
vervallen werkjes' zou dan nog partij getrokken kunnen worden
om de vijand in zijn flank te bestoken. Aldus luidde het oordeel
in 18752. We weten, dat het wel enigszins anders gelopen is en
dat men tenslotte de hoogste wijsheid meende te hebben be-