106 tijd hield hij na zijn huwelijk op 18 april 1708 met Jacob a Elisabeth van Gelder over voor de uitbreiding en ver fraaiing van 'Spaar-en-Hout'. Op 4 maart 1722 kocht hij immers van de erfgenamen van Eva Geelvinck, weduwe van Hendrik Bicker, schepen van Amsterdam, voor 11.750 Car. guldens het aangrenzende 'Oosterhout', waarschijnlijk met geen ander doel dan 'Spaar en-Hout' te vergroten 16. Hij liet in oktober 1724 namelijk een stuk van 2 morgen 67 roe 18 voet, bevattend het herenhuis van 'Oosterhout' met de laan daarvoor opmeten en in kaart brengen17. De eigenlijke buitenplaats bleef hierbij intact, maar aan zijn Zuid- en Westzijde verloor 'Oosterhout' aan landerijen een oppervlakte van 8 a 9 morgen. Pas na de dood van onze David Mattheüs verkocht zijn weduwe, vrouwe Jacoba van Gelder, het zo verkleinde 'Oosterhout' 'ter halver slooth en drie a zes voet in het Spaarne' voor f 6.700, aan de Amsterdammer Reynaldus van der Linden, terwijl zij op het 'voorland' aan het Spaarne een servituut legde, dat het niet betimmerd of beplant mocht worden om het uitzicht van 'Spaar-en-Hout' niet te belemmeren 18. Aldus vergroot zou 'Spaar-en-Hout' meer dan een eeuw in het bezit van dezelfde familie blijven. De zoon van David Mattheüs de Neufville, Jacob, geboren op 2 februari 1714 te Amsterdam, leidde hier het leven van zoveel rijke burgers uit de achttiende eeuw, totdat hij aldaar op 3 maart 1773 overleed. Uit de kopie van een kaart, die in 1758 ver vaardigd zou zijn, kunnen wij ons een denkbeeld vormen van zijn buitenplaats, waar hij de zomers in gezelschap van zijn vrouw Margaretha Verhamme (een bekende Doops gezinde naam), met wie hij op 18 april 1772 huwde, in be haaglijke rust doorbracht. Het terrein heeft de vorm van een aan één kant uitgestulpte rechthoek en is van Oosterhout en Den Hout gescheiden door de ons uit de transportakten bekende sloot. Duidelijk is te zien, dat deze uitstulping, be vattend kassen en een siertuin, met een vijver, vroeger van Oosterhout deel hebben uitgemaakt. Vanaf de Kleine Hout weg bereikte men, wandelend door een lange laan over een

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1958 | | pagina 134