36
karakteristieke handschrift) en op het ontwerpen van boek
banden. Ook de techniek van het binden had hij zich eigen
gemaakt.
In 1917 verscheen het eerste boek, dat geheel door hem
verzorgd en uitgegeven was, de Sonnetten van zijn vriend
Besnard, in een oplage van 75 exemplaren. Deze eerste proeve
werd spoedig door andere gevolgd. Met zijn vrienden, de
dichters Bloem, Greshoff en Van Nijlen, ondernam hij
in 1920 de uitgave van een nieuwe serie, Palladium genaamd,
waarin vele werken van jonge dichters en prozaschrijvers het
licht zagen, evenals herdrukken van vaderlandse klassieken.
Het programma van Palladium was eenvoudig: het ging er
om boeken uit te geven, waarvan de vorm degelijk was en de
inhoud belangstelling verdiende. Ieder opzettelijk streven
naar schoonheid was in de typografie uit den boze, omdat
daardoor de aandacht van de lezer, die op de tekst gericht be
hoort te zijn, afgeleid zou worden. In 1923 kreeg Van Krimpen
voor 't eerst bemoeienis met postzegels: hij zag zich belast met
het tekenen der letters voor de zegels ontworpen door de
schilder Van Konijnenburg ter gelegenheid van het zilveren
J^kpeum van H.M. Koningin Wilhelmina. Hierdoor kwam
hij in aanraking met het huis Enschedé, dat deze zegels drukte.
Persoonlijke kennismaking met het toenmalige hoofd van de
firma, Dr. Johannes Enschedé, leidde ertoe, dat Van Krimpen
opdracht kreeg een nieuwe letter te ontwerpen voor de Haar
lemse lettergieterij. Door deze opdracht kreeg de jonge calli-
graaf de kans van zijn leven.
Ons land kan bogen op een roemrijke traditie op het gebied
van het snijden en gieten van drukletters. In de zeventiende
eeuw werd het Nederlands typografisch materiaal in de
gehele beschaafde wereld gebruikt; in de achttiende eeuw ver
wierf de lettergieterij van de Enschedé's zich een grote naam,
vooral door het werk van de graveur Fleischmann. Bracht de
negentiende eeuw weinig nieuws, in de twintigste kwam er een
opleving, toen onder de invloed van William Morris een
aantal kunstenaars en liefhebbers, zoals Van Royen, door
drongen werd van het besef, dat de typografie gered moest