96 van het plaatsje 'Groenlust' aan de Zijlweg 4), op de plek 'daer nu de Colck gedolven is in de ban van Tetterode'. Als de Nieuwe Brouwerskolk gereed is, gaat de Rampenvaart spoe dig alleen nog maar Brouwersvaart heten. Op de afgezande en geplanaceerde gronden tussen de vaart en het dorp Over- veen werden in de loop der jaren twee daar reeds aanwezige hoeven tot buitenplaatsen aangelegd: Vaart-en-Duin en Duinzigt, die in het begin van de 20ste eeuw werden samen gevoegd. VAART -en- DUIN In 1583 vervaardigde Pieter Bruin een kaart van de landen tussen Overveen en de Brouwersvaart5). De hoek ge vormd door die vaart en de Korte Zijlweg (westzijde) heeft geen bijzondere aanduiding. In het 'Caertboeck' van deland- meter Adriaen Ockersz uit 1599 echter, in het oud-archief der gemeente Bloemendaal aanwezig, wordt die hoek aange duid met het woord 'werf', hetgeen wijst op de aanwezigheid daar van een hoeve. In de eerste helft van de 17de eeuw is deze hoeve of hofstede van de Haarlemse burgemeester Johan Colterman. Na zijn overlijden verkopen Salomon van Schoon hoven, ruwaart en hoogdijkgraaf van Putten, Johan de Raet en Frans Simonsz. van den Boogaard, in hun hoedanigheid van voogden over zijn nagelaten minderjarige kinderen, in april 1650 deze hoeve aan de Amsterdamse koopman Paulus de Huiter, omschreven als 'een hoofstede metter huysinge, vijver ende boomgaert, met de bepotinge ende beplantinge groot omtrent twee morgen lants, leggende in de banne van Tetrode, belent ten zuyden ende westen de Vaert, door welcke de cooper een vrijen bruyckwaer heeft ten eeuwigen dagen, ten noorde ende ten oosten de heer Pieter Ramp, nog een stucke weylandt groot elf hondt, genaemt de Sudt' voor f. 14.500,Er zijn aanwijzingen dat de hofstede dan de 'Drie Mee-baelen' wordt genoemd. Precies tien jaar later in april 1660 verkoopt De Huiter zijn buiten aan de advocaat mr. Abraham Becker, die het op 25 maart 1677 transporteert

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1959 | | pagina 128