reeds in hetzelfde jaar wordt hij benoemd tot kanselier van het Koninklijk Huis en eindelijk in 1810 tot minister van Buiten landse Zaken ad interim. Uit Het Hof van Holland onder de Regering van Lodewijk Napoleon' (een Frans boek, in Nederlandse vertaling in 1813 anoniem te Amsterdam verschenen) citeer ik het volgende: '1810. De dreigende houding van den Franschen Maar schalk (Oudinot), in Holland bevel voerende, gepaard met alles, wat er omtrent de hooge staatkunde van Frankrijk uitlekte, alles voorspelde groote gebeurtenissen in Holland en aan het hof ontveinsde zich niemand de onstandvastigheid der zaken. De Kanselier van des Konings huis, de heer Van Wickevoort Crommelin, welke omtrent dezen tijd zijn ontslag nam, kondigde aan op eenen bijna profetischen toon, dat Z.M. voor den 25sten Augustus (de verjaardag des Konings) niet meer in Holland zoude zijn. Zonder zich een zoo verheven doorzigt, als de Kanselier van des Konings huis, toe te schrijven, of in het geheim van het ontoegankelijke licht te zijn ingewijd, kon men vermoeden, zelfs bespeuren, dat de kroon des Konings op zijn hoofd wankelde en dat Lodewijk waarschijnlijk weldra van den Hollandschen troon zoude afdalen.' Begin juli vertrekt de Koning; half juli wordt Nederland ingelijfd, Oudinot heeft alle macht in handen. Dat komt ook door de bezetting van Den Haag en Leiden en van Friesland door Franse troepen in april, met Utrecht als hoofdkwartier. Over J. P. van Wickevoort Crommelin, de afgetreden kan selier, zegt het boek: 'Deze hoogst achtenswaardige staatsman, welke het geluk hebbende van ambteloos te kunnen leven, onder Napo leons driejarige regeering alle aanzoek om zich tot de hoogste posten te doen benoemen, heeft van de hand ge wezen, kon zulks met meer grond dan iemand zeggen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1959 | | pagina 80