114
bij bezoeken van buitenlandse koninklijke gasten het tafelgoed
van het statiediner ter opmaking krijgt toegestuurd. Ook is haar
specialiteit het verzorgen van het avondmaalslinnen van de
kerken. Achter de oude gevelsteen huist een zeer oud, maar
levend bedrijf, dat met ere genoemd mag worden.
G. H. Kurtz
(1) J. A. G. van der Steur. Oude gebouwen in Haarlem, blz. 103, nr. 353.
(2) F. Allan. Geschiedenis en beschrijving van Haarlem, I, 269.
(3) Bevolkingsregister 1849, wijk III, 754.
(4) Akte, gepasseerd voor notaris G. C. Joekes te Haarlem. Jacobus
Rookmaaker had zijn boekwinkel in de Grote Houtstraat, wijk IV, 63, d.i.
thans nr. 88. Bij hem verscheen in 1862 een uit het Engels vertaald boekje,
getiteld 'Das bleichen und appretiren der Leinwand'.
(5) Transportregister G. 86, fol. 160. De Peperstraat was een steegje, dat
in de Zijlstraat uitkwam tussen Nieuwe Groenmarkt en Kromme Elleboog
steeg, om precies te zijn tussen de percelen Zijlstraat 75 en 77. Het is in
1927 voor het verkeer afgesloten.
(6) Transportregister G 72, fol. 97.
(7) Notarieel protocol 962, nr. 121.
(8) Notarieel protocol 1144, nr. 5.
(9) Transportregister G 93, fol. 176.
(10) Transportregister G 94, fol. 8.
(11) A. J. van der Aa. Biographisch woordenboek der Nederlanden. Bij
voegsel i.v.
(12) Archiefstukken betreffende de afscheiding van 1834, bewerkt door
F. L. Bos. I, 57.
(13) Ibidem, 325 e.v.
(14) Transportregister G 36, fol. 214.
(15) Transportregister G 41, fol. 163 vo.
(16) Transportregister G 62, fol. 158.
(17) Notarieel protocol 699, nr. 156.
(18) Transportregister G 33, fol. 46.
(19) Notarieel protocol 207, fol. 88.
(20) Notarieel protocol 62, nr. 103.
(21) Transportregister G 64. fol. 80 vo. en 81.
(22) Notarieel protocol 1198, nr. 31.
(23) Transportgister G 72, foil. Ill vo.
(24) Notarieel protocol 1221, nr. 113.
(25) Notarieel protocol 1210, nr. 174.
(26) Transportregister G 85, fol. 199 vo.
(27) Transportregister G 83, fol. 69.
(28) Transportregister G 79, fol. 215 vo.
(29) Transportregister G 93, fol. 53.
(29a) Te Antwerpen bloeide reeds in de 16de eeuw een geslacht Charles,
dat als wapen voerde: in rood een gouden keper vergezeld van 3 gouden
