72 DE RIJP Nu sedert 1720 het echtpaar Blaaupot—Van de Rijp beide Mollen ter beschikking heeft, sluit dit voor hen de mogelijk heid in tot een wat andere indeling van het grondgebied. De blekerswoning op de Groote Mol ondergaat een verbouwing en krijgt het aanzien van een klein buitenverblijf. Hier en daar wordt hout geplant. De bleker-huurder van de Oude Mol is hier weinig mede ingenomen uit vrees voor vervuiling van zijn gietsloten en bleekvelden. In het derde decennium der eeuw overlijdt Blaaupot na een bijna twee-en-twintig-jarige echtver eniging te Amsterdam, waar hij in de Nieuwe Kerk wordt be graven (18 Maart 1732). Vier jaar later hertrouwt Christina van de Rijp te Amsterdam buiten elke gemeenschap van goede ren met de niet doopsgezinde, ruim zes-en-een-half jaar jongere Lodewijk de Bas, Heer van Horstermeer, Ossenburgh en Hein- oordt, sedert 1723 weduwnaar van Cornelia Eliana Reael. De Bas was in 1691 te Amsterdam geboren als zoon van Lodewijk de Bas en diens derde echtgenote Sara de Marez. Hij was een zeer vermogend man. Aanvankelijk woonde hij in stad op de Heeren gracht bij de Wolvenstraat, daarna op het Singel over de Munt en tenslotte op de Prinsengracht bij de Spiegelgracht. Te Amsterdam hield hij vier dienstboden, had een koets en vier paarden en werd geschat op zeven a acht duizend gulden in komen. Verder bekleedde hij het ambt van Generale Opziener der Stads graaf- en modderwerken, was regent van het Aalmoe zeniersweeshuis, Ontvanger van de Dijkage van de Purmer, Heemraad van de Nieuwer-Amstel, gedeputeerde ter Reken kamer van Holland en schepen der stad, waartoe hem de gouvernante, Prinses Anna, zonder op de recommandatie van burgemees teren te hebben acht geslagen, had benoemd8) Bicker Raye9) noemt hem 'een seer vrindelijk en obligant man met goede hoedanigheede'. Lodewijks vader had tussen Baam- brugge en Loenersloot de hofstede Bassen-Hof aangelegd die de zoon omschiep in een fraaie lusthof, waar hij meestentijds 's zomers met zijn tweede vrouw vertoefde. Toch houdt Christina haar vaderlijk goed bij Bloemendaal in ere. Het huis op de

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1960 | | pagina 74