121
Marctvelt' 2S. Na het overlijden van hun moeder Catharina
Cornelisdr. op 9 oktober 1647 werd bij boedelscheiding van
17 februari 1648 26 tussen de kinderen en kleinkinderen van
haar en Cornelis Gerritsz. Quakel de huizinge 'de Ver
gulde Druyff op het Marctvelt' toegewezen aan de kleinzoon
Dirck Deyman, zoon van Cornelis Dircxz. Deyman en
Maria Quakel, die reeds overleden was. Dirck Cornelisz.
Deyman blijkt dan al te wonen in 'de Vergulde Druyff' en er
de 'neringe van tinnegieterye' in te hebben. Zijn zuster Anna
Deyman krijgt haar portie in de nalatenschap in geld uitge
keerd. De andere erfgenamen, zijn tante en ooms, Annetgen,
Cornelis en Jan Quakel, geven er de voorkeur aan de rest
van de nalatenschap in gemeenschap te houden. Hieronder
moet ook het huis in de Kruisstraat 'de Bellaert' begrepen zijn,
wat klopt met het feit, dat in een transport van 26 juli 1655 2'
van een huis in de Kruisstraat als belending gevonden wordt
het huis van de erven van Cornelis Gerritsz. Quakel. Het
betreft hier de overdracht van het huis van de erven van
Abraham Ampe, die in de Verpondingsregisters van 1628 en
1650 als eigenaar wordt genoemd van de twee huizen ten
noorden van dat van Cornelis Quakel. In de transportakten
van het huis, dat blijkens dezelfde registers ten zuiden van dat
van Cornelis Quakel in de Kruisstraat lag en toen toebe
hoorde aan Jan Nannings, nl. de akten van 7 mei 1658 (dooi
de erven van Jan Nannings, wagenmaker overgedragen op
Pieter van Houte 28) en van 11 augustus 1660 (van Pieter
van Houten op Jacobus van Leeuwaerden en Pieter van
den Berch 29) wordt als eigenaar van het huis ten noorden
daarvan Jan Cornelisz. Quakel, dus één van de beide ooms
van Dirck Deyman, opgegeven.
Volgens laatstgenoemde transportakte werd dit huis toen
in twee partijen bewoond en beschikte tevens over de gang
of poort, welke herhaaldelijk in de transporten van de Bel
laert' genoemd is. Vermoedelijk is dit dus het huis, dat in 1595
toebehoorde aan Mr. Gerrit Cornelisz., chirurgijn met het
achterhuis, dat alleen door de poort bereikbaar was. Op 20
oktober 1663 nu dragen Pieter van den Berch en Jacob van