Ill
was hij gehuwd met Maria van der Mersch die hem negen
kinderen schonk en in 1709 in het kraambed stierf. Zijn zuster
Johanna trouwt in 1705 met Lucas van Beeck en bewoont dan
's zomers „De Beek" tussen Bloemendaal en Overveen. Jan
leyler, gehuwd met Tanneke Verhamme, grootouders van
Pieter Teyler van der Hulst, bezit in Bloemendaal het huis
„daer de Trompetter uythanght" waarin de „baknering
wordt gedaan", bij de oudere Bloemendalers bekend als de
bakkerij van Slot, daarvóór van Van den Berg.
Dat Gillis Teyler op zijn gronden een 18de-eeuws buiten
heeft gesticht is stellig niet het geval. Wel breidt hij zijn bezit
uit en rondt het af. Op 4 Januari 1720 bv. koopt hij van Lijsbet
Floris, weduwe van Jan Hendrikse „een hoekje lants" voor
750,In de eerste helft van 1734 overlijdt hij na op 22
Februari 1730 ten overstaan van notaris Philippe de Marolles
te Amsterdam zijn testament te hebben gemaakt. Reeds op
10 Juni 1734 verkopen zijn vier dan nog in leven zijnde
kinderen de hofstede met het duin voor ƒ7000,— aan Wijnant
Blenk, vermoedelijk een Geldersman van geboorte, gehuwd
met Dorothea Wilhelmina Stuart. Twee maanden later
verwerft Blenk een aangrenzend stuk tuinland met opstal
voor 850,gekocht van de Bloemendaalse secretaris
Bannier van Nes. Huurder daarvan was Symon Amels voor
ƒ84,'s jaars.
Op de gronden van de vroegere blekerij sticht Blenk een
„playsier plaets". Er verrijst een eenvoudig herenhuis, met
koetshuis, tuinmanswoning en „orangehuys". De tuin, style-
Le Nötre, krijgt twee vijvers die in verbinding staan met de
Delft. Eén ervan, vlak bij de Bloemendaalseweg, zal in de
19de eeuw de „haven" van Bloemendaal worden genoemd.
Aan de Bloemendaalseweg komt een koepel te staan, onmis
baar tuinattribuut voor de welgestelde 18de-eeuwer die voor
zichtig door een geopend raam van zijn speelhuis geniet van
de frisse lucht en het uitzicht op zijn bloemen en planten en op
de passage over de weg. Na een amper vierjarig bezit sterft
Wijnant Blenk. Op de „plaes van Mevrouw Blenk" wordt op
13 Maart 1738 een veiling van „klein goed' gehouden. Be-