116 Binnen enkele jaren is alles voor sloop verkocht, de bomen geveld, de grond geëffend en tot weiland gemaakt. De overplaats aan de westkant van de Bloemendaalseweg verkoopt Mr Lublink voor 220,aan Jacobus Jutte, metse laar te Haarlem. In het jaar waarin om Leipzig de Volkeren- slag wordt gestreden neemt Jutte zijn verlies. Voor ƒ150, wordt Evert Rouwens, „charpentier", te Bloemendaal er op 10 Juli 1813 eigenaar van: „un Jardin sise vis a vis la campagne Voorduin, au grand chemin, nommé Voorduin, aboutissant au nord les dunes du sieur Goenraad Hovens (van Harten- lust), a l'est le chemin, a l'ouest Sparrenheuvel (de overplaats daarvan), et au sud le voisinage (Voorbuurt)". Wat later blijkt Jan Hendrik van Maris, mr. metselaar te Haarlem, mede-eigenaar te zijn. In 1821/22 bouwt hij er het strakke, stijlvolle huis VOORDUIN (Bloemendaalseweg 88) met stal en koetshuis. Rouwens verkoopt hem zijn helft in de grond op 11 December 1822 voor/100, Wie de eerste bewoners van het herboren Voorduin zijn geweest is niet kunnen blijken. Als Van Maris op 15 April 1837 en zijn vrouw Janna van der Kolk twee jaar later op 26 November zijn overleden, brengen hun erfgenamen, onder wie een metselaarsknecht, een logementhouder, en een loodwit- makersknecht het huis op 10 October 1840 in veiling. Tot 1 Februari 1844 was het verhuurd aan Jacobus Hermanus Insinger voor ƒ825,per jaar, die er 's zomers met zijn gezin verpozing zocht. Zijn vader, Hermann Albrecht, was in het laatste kwart der 18de eeuw in Amsterdam gekomen uit het land der Lippe en had zich in zeer korte tijd grote welvaart en een plaats van gewicht in de Amsterdamse handelswereld verworven. Hij was de stichter van de Fa. Insinger Co. Koopman en lid der firma, was J. H. voorts directeur van de Nederlandsche Bank en commissaris van de West-Indische Maatschappij. Zijn eerste echtgenote, Maria Catharina Ringeling, schonk hem vier kinderen. Van zijn enige zoon, Maurits Hermann, sprak later Willem Borski II. als van ,,die leelijke liberaal" 6.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1962 | | pagina 118