58
Kleine Houtweg en enige huizen aldaar en werd aan de noord
zijde helend door Dirk Ameshof en de Noorder-Krommelaan,
aan de zuidzijde door het plaatsje genaamd „Hout en Baan"
en de Zuider-Krommelaan.
Het „plaisant en vermakelijk uitzicht" van Welgelegen
naar de Herenweg bestond uit een grazige weide, die als
een driehoek besloten lag tussen Dreef, Herenweg en Haze-
paterslaan. Op dit als „Hazepatersveld" bekende weiland,
zo genoemd naar Haesjen Pater, die het met haar vader lange
tijd in huur heeft gehad, was het uitzicht toen nog door geen
enkel bouwwerk belemmerd. Slechts een klein gedeelte, op
de noordpunt van het veld, was in 1636 als begraafplaats,
het Zuider kerkhof, in gebruik genomen.
Ter verdere afronding van zijn bezit kocht Hope in 177Ü,
behalve een drietal tuinen ter waarde van 3100, voor de
som van 1950,— ook nog een zevental tussen de turn van
Welgelegen en de Kleine Houtweg staande huisjes, drie aan
de zuidzijde van de Noorder-Krommelaan en vier ten noor
den van de Zuider-Krommelaan. Na sloping van deze huisjes
vroeg en verkreeg Hope in juni 1770 van de Stad vergunning
zijn bezit langs de Kleine Houtweg af te sluiten, de tuin met
een stenen muur 2, de beide lanen met een draaibaar traliehek.
Het achterste deel van de Krommelaan, de Wester Kromme
laan, die voor de weinige overgebleven bewoners van per
celen aan de Noorder- en Zuider Krommelaan van geen nut
meer was, werd bij deze gelegenheid bij de tuin van W clge-
legen getrokken.
Van de rij huisjes langs dit deel van de Kleine Houtweg
waren er toen niet veel meer overgebleven. De twaalf huisjes
tussen de Noorder- en Zuider Krommelaan waren tegen het
einde van 1770 alle afgebroken en de grond ervan bij de tuin
van Welgelegen getrokken en met een muur van de weg
afgesloten. Vier andere huisjes tussen de Baan en de Noorder
Krommelaan, schuin tegenover de Mr. Joostenlaan, had^en
plaats gemaakt voor het buitenverblijf „Zomerlust". Een
viertal nog overgebleven huisjes, staande tussen Zomerlust en
de Noorder Krommelaan, werden in de jaren 1776 1783