103 In het leslokaal had men door die overdrevenheid de in druk kunnen krijgen dat hij de geschiktheid miste om de schooljeugd te begrijpen en te leiden. Hij behandelde hen in feite al als grote mensen en onderwijsautoriteiten zouden waarschijnlijk dagen lang kunnen debatteren over de vraag of dat een juiste methode in al zijn consequenties is. Een feit is het dat toch zijn eigen voorbeeld tot onze vorming bijdroeg. Hij was het type van iemand die in onze ogen op ongedwongen wijze in alles een „gentleman' was, niet alleen in zijn altijd onberispelijke uiterlijk, maar sterker nog door zijn levens houding en manieren van doen. Een bijnaam had hij niet en dat heeft soms ook een bepaalde betekenis. Dat hij ons niet zozeer meer als kinderen maar liever als een soort volwassenen wenste te zien en te behandelen, vindt nog wel andere bevestigingen. In de jaren waarover ik schrijf, was hij nog niet de Charivarius van de Groene Amsterdammer maar een fel ijveraar voor zuiver taalgebruik was hij toen natuurlijk ook al wel. Dat was nu eenmaal zijn aard. Journa listieke scribenten die later in de Charivariarubriek met al hun fraais op taalgebied aan de kaak gesteld werden, spraken dan schamper over schoolmeesterijDe schier onnavolgbaar geestige manier waarop hij allerlei linguïstische wangedroch ten in de Groene commentarieerde, bande iedere gedachte aan schoolvosserij, maar voor ons in dat nog verdere verleden moest hij natuurlijk wel de gestrenge onderwijsman zijn die niets meer laakbaar vond dan slecht, slordig, onduidelijk of stijlloos taalgebruik. Ik heb nog herinnering aan gloeiendhete klasuren waarin moeilijke stukken Engels proza mondeling door ons, beurt na beurt in goed Nederlands moesten worden overgebracht. Er waren ogenblikken dat wij tot wanhoop gebracht werden omdat wij in een bepaald geval niet de woorden en zinnen konden vinden die de strenge leraar kon goedkeuren. Hij kon dan op striemende wijze onze slordige pogingen hekelen. Maar je leerde er voor je leven welke be tekenis dat alles had. Zijn keurige aankleding paste maar slecht bij die oude rommel waarin hij gedwongen was les te geven, het stof van

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1964 | | pagina 105